Schemerdromen…
Raam staat wagenwijd open, de verse lucht stroomt met bakken binnen. Wat mij een hoestbui oplevert, maar dat kan door m’n paffie komen. Overbuurvrouw is ook wakker, loopt te ijsberen in haar keuken. Zoals iedere morgen. Van het aanrecht tot de tafel en terug. De afstand bedraagt hooguit een meter schat ik. Ze drinkt koffie of thee, denk ik, zet haar kopje op de tafel en loopt dan rond de tafel. Met de wijzers van de klok mee. Ze kijkt m’n richting uit, ik zwaai met m’n hand. Geen reactie, misschien ziet ze het niet eens…
Ik kijk naar beneden, het donkere gat van de hof pleegt een aanslag op m’n fantasie. Ik zie plots twee gele of groene ogen. Verdomme, zeg dat het niet waar is, zou er vannacht een ufo geland zijn? Misschien hebben ze een buitenaardse achtergelaten, een soort van E.T. , die zich nu staat af te vragen waarom z’n soortgenoten hem in de steek gelaten hebben. Zou ik naar beneden gaan om hem te verwelkomen in naam van het gehele mensdom? Een kopje koffie is rap gezet en een koekje is er altijd wel in huis. Maar over wat spreek je met een buitenaardse? Over het weer? Over koetjes en kalfjes?
“ Goeiemorgen, meneer of mevrouw van een andere planeet, hoe gaat er mee? Alles kits achter de rits? Is het bij jullie ook lente? Wat zegt u? Ik versta u niet, wacht, ik zal de vertaling zoeken op ’t internet… Zijn ze bij jullie allemaal zo klein? Da’s dan wel een planeet waar ik me thuis zou voelen, gezien m’n grootte. Betalen jullie je ook rot aan belastingen?”
Bij het woord “ belastingen” lichten zijn of haar ogen op. Een bewijs dat dit woordje universeel is.
“ Kstt, krmmo, bruptata, kranama lie, maranie blup…”antwoordt de buitenaardse. Een goed verstaander heeft maar een half woord nodig, denk ik. Ik begrijp er de ballen van, maar knik beamend met m’n hoofd. Je krijgt niet elke dag zo’n hoogstaand bezoek. Hij of zij lijkt de koffie lekker te vinden. Het koekje ietske minder. Mischien eten ze daar alleen maar zandkoekjes, wie zal het zeggen hé? ’t Kan ook zijn dat ze daar gebakken rotsstenen eten op een bedje van groen mos.
De nacht maakt plaats voor de dageraad. De ogen zijn weg, in de plaats zie ik nu de kat van de buren. Heeft die kat nu groene of gele ogen? Ik hoop van niet want anders zal er niemand geloven dat ik om kwart na zes, in de ochtend, een buitenaards wezen op de koffie kreeg. Of zat ik te schemerdromen? Ik ben nu zover gevorderd dat ik de volledige cyclus van dromen onder de knie heb. Nachtdromen, schemerdromen en dagdromen. Waar gaat dit eindigen, vraag ik me af…
©GoNo