GoNo's Gedichten & Verhalenhoek

De hersenspinsels van een zelf- en door anderen verklaarde dichter/schrijver.

zondag 17 november 2019

Laat de kinderen ...




De Sint is eindelijk aangekomen in Antwerpen. Na omzwervingen die hem tot in het grensgebied van Turkije en Syrië brachten, waar hij 24 uren vastgezeten heeft omdat hij aanzien werd als spion door de Russen. Erdogan is hoogstpersoonlijk tussen moeten komen nadat de goedheilige man hem beloofd heeft om een nieuw rakettensysteem te installeren op kosten van het Vaticaan. De paus kon er niet mee lachen en zegt dat de Sint al eeuwen niet meer ingeschreven staat in de personeelsregister. Waarvan akte!

De Sint is dus aangekomen. Hij werd naar aloude gewoonte verwelkomd door de burgemeester en de alom tegenwoordige Bart Peeters. Bart Peeters die nog altijd de onnozelaar uithangt en denkt dat hij nog een kind is. Wat hij ook is, een overjaarse puber.

Zijn toespraak vond deze keer niet plaats op ‘t Schoon Verdiep, maar aan het lelijkste gebouw van Antwerpen en omstreken. De blokkendoos die men het Mas noemt…

Het was een nieuwe Sint, een jongere versie, een paar honderd jaar jonger dan onze onvolprezen Jan Decleir. De roetpieten waren er ook, met bordjes op hun borst met de melding dat het kwam door het roet in de schoorstenen. Onnozelaars, denk ik dan, met al die isolatienormen zijn de schoorstenen verworden tot lange smalle buizen met een roetfilter erop. Je moet al een slangenpiet zijn om daar door te geraken…

Er zijn geen stoute kinderen dit jaar. Andere jaren ook niet, ‘t is al afgezaagd. Een beetje verderop stonden er 2000 agenten met wapenstok en waterkanon om al die brave kinderen in toom te houden. Brave kinderen die elkaar opriepen via sociale media om de stad op stelten te zetten en en passant de winkels te plunderen…

Ik vraag me af waarom die Sint nog zijn blijde intrede moet maken, de kinderen geloven er al lang niet meer in. Die weten verdomd goed dat het de ouders zijn die opdraaien voor dat uit de hand gelopen folkloristische feestje…

Afschaffen die rommel. Maak van het Sinterklaasfeest de Dag van de Onnozele kinderen, dan hebben die katholieken twee dagen om zich bezig te houden met hun pedofiele streken.
Laat de kinderen tot mij komen, zei Jezus….

©GoNo

vrijdag 19 juli 2019

Legaal in het zwart werken...




Hij is beroepsdopper en is er nog fier op ook. Heeft heel zijn leven nog maar enkele jaren gewerkt. Hoe hij het doet is me een raadsel, moet toch ergens connecties hebben denk ik dan…
Hij zit achterover geleund op z’n terrasstoel, een uitgezakte zak die zoals gewoonlijk het hoogste woord voert. Z’n twee vrienden, dezelfde categorie van blaaskaken en nietsnutten die al jaren leven op de kosten van de maatschappij, geven hem telkens volmondig gelijk. Waarschijnlijk omdat hij trakteert…

Ik luister z’n gesprek af en val van de ene verbazing in de andere…

Ik heb weer een goede slag geslagen. Eentje die me veel geld opgebracht heeft...”
Hoe komt het dat jij iedere keer een goeie slag slaat?”vraagt z’n collega.
Bij de pinken zijn en het goed kunnen uitleggen hé?”is z’n antwoord.
Ja, uitleggen is een kunst, je had in de politiek moeten gaan...”zegt z’n andere collega een beetje jaloers, zo te horen.
Weet je nog die rijke weduwe met die villa in Brasschaat? Waar ik die serre heb gebouwd die ik tweedehands en voor nieuw heb verkocht? Ja, die zelfde weduwe belde me op met de vraag of ik een tuinhuisje kon plaatsen. Natuurlijk, zei ik, ik heb er nog eentje in de aanbieding, voor een zacht prijsje omdat u het bent!”

Bij mijn weten is die kerel al jarenlang op de dop. Het begint hier deftig te ruiken naar zwartwerk. Waar zijn al die inspecteurs, als je ze nodig hebt zie je ze niet of zou die ene die weggedoken zit achter z’n krant er eentje zijn?

Willen jullie wat bijverdienen?”vraagt hij aan z’n collega’s.
Natuurlijk, maar ‘t is toch in het zwart hé?”
Nee, onnozelaar, alles is aangegeven aan de belastingen en je krijgt vrijstelling van stempelcontrole. En als je dat niet gelooft maak ik je wat anders wijs...”zegt hij meesmuilend.

Ze zijn eindelijk tegen de lamp gelopen. De nieuwe vriend van de rijke weduwe is hoofdcontroleur van de belastingen in Brasschaat. Een beetje navraag links en rechts leerde hem wie dat triootje nietsnutten waren. Politie en inspectie erbij gehaald. De heren mochten mee naar het bueau om verhoord te worden. Er is nog gerechtigheid, denk ik dan…

Gisteren las ik in de krant dat het trio veroordeeld is tot zes maanden voorwaardelijk met een boete van 25 000 € er bovenop. Ze kunnen nu linea recta naar het OCMW. Of ze nu hun les geleerd hebben is nog maar de vraag. Ze zullen geen dag in de cel moeten. Je wordt hier harder gestraft als je een brood steelt dan dat je de maatschappij oplicht.

Groot was dan ook mijn verwondering toe ik hen terug zag op het terras van m’n stramkroeg. Hij zat apart aan een tafeltje, de twee andere heren aan een andere tafeltje. Ze bezagen hem als een rotte vis, die een kwalijke geur verspreidde. Ik heb zo het vermoeden dat er een kink in de kabel en hun vriendschap gekomen is. Vroeg of laat gaan er hier doden vallen. Tegenwoordig smijten ze overal handgranaten binnen. Stel je voor, als ze niet ver genoeg smijten, bestaat de kans dat er een granaat onder m’n stoel rolt. Vaarwel en veeg me een beetje deftig bij elkaar hé?

Ik heb besloten om voorlopig dat terras te mijden en naar m’n andere stamkroeg te gaan. Hopelijk vergissen die granaatgooiers zich niet van locatie...want het is aan de overkant.

Als er mensen geinteresseerd zijn in een paar goeie klusjesmannen, die volkomen legaal in het zwart werken, laat het me weten. Ik vraag maar een klein percentje op de geleverde arbeid en zal er persoonlijk op toe zien dat de inspectie en belastingen in Brasschaat blijven…

©GoNo



woensdag 26 juni 2019

O Romeo, waar ben je?





Vroeger kon ik al m’n dromen ‘s anderendaags herinneren. Kon ik ze navertellen en ze zelfs aanvullen met de nodige fantasie. M’n dromen, toen ik nog klein was, ongeveer een halve meter groot, speelden zich af in een wereld van ridders en jonkvrouwen, draken en gevechtsscenes waar Jean Claude Van Dam een puntje kon aan zuigen. Maar in die tijd was hij nog niet bekend. Het was meer Kapitein Zeppos, Axel Nort, de Kat ( voorloper van Batman ) en ons aller Zorro. Hoe vaak ik onze hond gebruikt heb als Tornado, ik weet het niet meer. Onze bouvier liet het gewillig toe, alleen hinikken viel hem zwaar...het leek meer op het gehijg van een overjaarse kat die net uit een beek geklauterd was en tot de conclusie was gekomen dat er nog een beetje gesleuteld moest worden aan z’n honderd meter schoolslag…

Soms vraag ik me af of ik nog wel droom. Ik schiet meestal wakker omdat ik dringend een plasje moet gaan doen. Waarna ik dringend op zoek ga om iets in m’n mond te proppen. Niet dat ik echt honger heb, maar het is een ritueel geworden. M’n kat doet net hetzelfde, raar maar waar. Als ik droom van een mooie vrouw, kan ik er gif op innemen dat als ik de droom terug opneem, ze veranderd is in een lelijke heks met een bobbel op haar neus en een ribbenkast waar je piano kunt op spelen…

Ik spring ook in m’n dromen van de hak op de tak. Daar zit dan zo een leprachaun die de tak met een grijns aan het doorzagen is. Met gevolg dat ik uit m’n bed donder en de kat in de gordijnen jaag. En dan begint pas het feest. Probeer maar eens in slaap te geraken als de buurvrouw juist dat moment gekozen heeft om mij te laten genieten van haar hoogtepunten. Dus verhuizen naar de living. Kat denkt ‘t is hier de moment om te laten zien dat hij er ook nog is. Beetje ravotten met z’n balletje en z’n versleten stoffen muis. Ik zet me voor de pc, twijfelend of ik dat duivelsding wel zou starten. Ik weet van mezelf dat ik niet stop voor ik de grootste onnozele filmpjes op YouTube gezien heb. Als dat niet helpt, kijk ik wel naar Netflix. Een uurtje meer of minder zal het niet maken hé?

M’n ogen worden moe, m’n lijf ook. Ik dommel zachtjes in, droom van een deerne die op een balkon staat te kwelen. Ze roept constant Romeo naar mij. Trut, denk ik, ik heet helemaal niet Romeo. Een voorbijgangster ( dat is een gangster die toevallig voorbij komt ) zegt dat de dame in kwestie Juliette heet, voor de vrienden Julia. Het is een beroemd stuk van ene Schaakspier. Tientallen films en boeken over geschreven, vertrouwt hij me toe op samenzweerderige toon. Louche kerel, maffiatype is m’n conclusie. Die Julia kan een stukske zagen , haar vader was waarschijnlijk een schrijnwerker.

O Romeo, waar ben je?’
Julia, verdomd viswijf, ik sta onder je balkon...’antwoord ik heel gevat, het spelletje meespelend.
O Romeo, ik zie je niet, maar hoor je wel!’
Julia, ik sta hier goed en daarbij het gaat volgens de weerman regenen. Plaatselijk weliswaar, maar ik sta hier droog...’
O Romeo, zal ik m’n paraplu nemen want ik ben net naar de kapster geweest...’
Julia, de druppels hebben geen vat op jou, ze glijden van je af wegens de kilo’s haarlak die ze erop gespoten hebben...’

En kijk, wat heb ik gezegd? Ze verandert in een kwakende pad met van die lelijke puisten. Ze zal zeker niet gekust worden door mij. Ik word met kloppend hart wakker, alleen al door het feit dat ik met m’n aanminnige gelaat op m’n toetsenbord terecht gekomen ben.

Dat heb je met indommelen hé?

©GoNo

vrijdag 17 mei 2019

Morgen kom ik je halen...




Ik word het gewaar, er is iets niet pluis in mijn slaapkamer. Om de één of andere reden heb ik het gevoel dat ik niet alleen ben. Er hangt een soort van spanning die moeilijk te beschrijven is…

Ik ben een slechte slaper, bij het minste gerucht schiet ik wakker. De kat die op de vensterbank springt, een auto die passeert, een zatlap die tegen een lantaarnpaal staat te leuteren...het is genoeg om mij wakker te houden.

Ik trek mijn één oog open, mijn andere oog weigert dienst. Dat heb je met een lui oog hé? Ik moet me even aanpassen aan het halfduister. Het is halfvolle maan, de wind streelt de bladeren en fluistert zachtjes een wiegelied voor de vogels. Die er zich geen snars van aan trekken en uitdagend kwetteren tegen de straatkatten die zich verzameld hebben op het plat dak van de garageboxen…

M’n aandacht wordt getrokken door een schaduw die zich genesteld heeft aan het voeteneind van m’n bed. Het angstzweet breekt me uit, ik kijk gebiologeerd naar die verschijning, niet in staat om me nog te bewegen. Ik wil weg...weg uit mijn kamer.

De schaduw komt dichterbij, zweeft naar me toe. Ik ruik verdorvenheid, de geur van rotte eieren…

Hallo, herken je me?’

Ik wil antwoorden, maar krijg geen woord over m’n droge lippen…

Doe geen moeite, jongen, ik ben de laatste die je te zien krijgt, na mij is er niets meer, dus geniet van m’n toch wel knappe verschijning. Al zeg ik het zelf, een beetje sarcasme is me niet vreemd hé?’

Ik doe bijna in m’n broek, al goed dat ik altijd naakt slaap. Maar dit terzijde…

Jongen, ik ben Pietje de Dood, de enige echte. Nee, ik heb geen zeis, da’s folklore, ze moesten toch iets op die prentjes zetten hé?’

Verdorie, denk ik plots, ik zit hier opgescheept met Pietje de Dood, die komt hier niet om een koffietje te drinken. Wat in zijn geval een raar zicht zou zijn, het loopt er toch langs alle kanten uit hé?

Jongen, wist je dat Pietje de Dood het eenzaamste beroep is dat er bestaat. Ik zie elke avond duizenden mensen en toch ben ik eenzaam. Straf hé?’

Ja, da’s straf, bijna zo straf als mijn ochtendkoffie…

Wil je mijn vriend zijn?’

Die vraag overvalt me, ik sluit niet met iedereen vriendschap…

Je hoeft niet meteen te antwoorden, ik heb tijd zat. Knik ja of nee met je hoofd, maar denk goed na, er zijn voor-en nadelen aan verbonden.
Een betere pensioenregeling, een dertiende maand, een gratis abonnement op het tijdschrift “ De Plechtige Uitvaart”. Nadeel is dat je weinig tijd zult hebben om er van te genieten...’

Ik knik met m’n hoofd dat ik akkoord ben. Uitstel van executie is mooi meegenomen.
Pietje de Dood steekt z’n knokige hand uit. Ik schud hem bedeesd, niet goed wetende wat me overkomen is.

Slaap nu maar lekker, beste vriend, morgen kom ik je halen...’

Pietje de Dood is plots verdwenen als een schim in de nacht, mij achterlatende met een vreemd gevoel…

Wat bedoelde hij met “ morgen kom ik je halen”?

©GoNo



zondag 14 april 2019

Hij of Zij?





Zou er een rechtschapen God bestaan
en waar komt hij of zij dan vandaan
is het een norse man of lieve vrouw
komaan, vertel het me eens gauw…

is het een uitvindsel van de mens
hij of zij met een goddelijke pens
of loopt hij of zij op bokkenpoten
in een rokje dat past als gegoten

ziet hij of zij er uit als een carnavalszot
k zou het niet weten, ‘k ben gene God
k lig er niet wakker van, ‘k stel me de vraag
na tien Krieken, met een stuk in mijn kraag !


©GoNo







vrijdag 15 maart 2019

Een paardenbloem tussen haar vingers...





Ze ligt daar, helemaal alleen. Haar fiets verhakkeld, herleidt tot een hoopje schroot. Ze beweegt nog, haar hand voelt het natte gras. Haar vingers omklemmen een paardenbloem. De lente is in 't land, denkt ze...
Ze probeert te bewegen. Het gaat niet. Ze voelt haar benen niet meer. Waar zijn mijn benen, denkt ze, heb ik die nog wel?
Langzaam komt het besef dat er iets niet juist was. Wat was er gebeurd? Ik ben op weg naar mijn werk, het is nog donker en toen? Een knal alsof er een bom viel...

Een auto stopte, een man stapte uit,bekeek de schade aan zijn voertuig, stapte terug in en reed weg alsof er niets gebeurd was. Zonder zich te bekommeren om het slachtoffer...

Ze is nog jong. Zesentwintig jaar, moeder van een spruit van drie jaar. Alleenstaande. Zoals er veel zijn. Pas begonnen als inpakster na een lange zoektocht om werk te vinden. Het leven lachte haar terug toe. We komen er wel, zei ze tegen haar zoontje, we hebben geen papa nodig hé kleine jongen...

Ik heb het koud, vreselijk koud.
Ze probeert te roepen, maar er komt geen geluid uit haar mond.
Ik ben alleen, moederziel alleen.
Ben ik aan het sterven, denkt ze.

Ze prevelt de naam van haar zoontje: “ Kevin, Kevin, Kevin...” Eindeloos monotoon. Zoals een plaat die blijft hangen.
Haar ogen kijken naar de donkere hemel. Geen enkele ster te zien. Het begint te regenen...

Een boer die naar zijn land reed heeft haar gevonden. Dood. Een paardenbloem tussen haar vingers geklemd.

De dader van deze moord hebben ze gepakt omdat zijn nummerplaat tussen de spaken van haar fiets zat. Een jaar rijverbod en tweeduizend euro boete. Hij was dronken, herinnerde zich niets van het ongeval. Heeft geen vluchtmisdrijf gepleegd want reed weg om hulp te gaan halen. Als hij zich niets herinnerde, waarom reed hij dan weg om hulp te gaan halen?

©GoNo

zaterdag 9 maart 2019

Onbekend nummer...




Twee dagen geleden kreeg ik een ongewenst telefoontje van een onbekend nummer. Ik kijk altijd uit als het om onbekende nummers gaat, ik zou de eerste en tevens de laatste niet zijn die geplunderd word met z'n ogen open. Maar omdat nieuwsgierigheid een een soort van tweede natuur geworden is, kon ik het toch niet laten om op te nemen...

Hallo, spreek ik met Goedewei Abdel?”

De stem klinkt Hollands met een vleugje Surinaams accent...

Nee, u spreekt met zijn vader, mijn zoon is momenteel in Afrika, op zoek naar de bron van de Nijl. Hij staat nu aan de voet van de piramide van Cheops, met een wichelroede in zijn handen. Hij beweert dat de straling hem de weg zal wijzen. Ik heb er zo mijn bedenkingen bij, de enige weg die ik zie is de weg naar de psychiatrie. Maar wat was de vraag ook al weer?”

De dame aan de andere kant zal waarschijnlijk denken met een gek te spreken, maar ze moet een quota halen dus is er nog toekomst, denk ik dan...

Misschien kunt u mij ook helpen? Wie beheert er de financiën in uw huishouden?”

Wat een vraag, denk ik plots. Ze kan al evengoed vragen welke kleur van slipje ik draag. Of misschien of ik alle dagen nog masturbeer? Ik kan haar geruststellen, het slipje is zwart en masturberen is te vermoeiend geworden omdat ik Alzheimer heb en vergeet dat ik al klaargekomen ben...

Waarom stelt u zo'n intieme vragen? Ik vraag u toch ook niet of uw tepels momenteel stijf staan bij het aanhoren van mijn goddelijke stem? “

Ik hoor een lichte zucht aan de andere kant, hopelijk haakt ze niet in. 't Is nog maar middag en de dag is nog lang hé?

Sorry voor de vraag. Maar ik bel omdat wij een voordelige formule willen aanbieden!”
Een voordelige formule van wat? Een formule om een waterstofbom te maken? Of is het toevallig een Formule 1-wagen? Als het de relativiteitsformule van Einstein is, die heb ik al. Onbruikbaar voor mij,omdat ik er niets van snap...”
Nee, nee, het is voordeelpakket van een nieuwe verzekering. U betaalt per maand een kleine som en u en uw familie zijn verzekerd tegen alles wat een mens kan overkomen...”

Dat klinkt als muziek in de oren. Maar dan als een rockconcert van Rammstein, de broer van Einstein...

Dus, als ik het goed begrepen heb, wat voor mij moeilijk is want ik kan amper lezen en nog minder schrijven, dan ben ik verzekerd tegen alles wat mij overkomen kan? Als ik naar de Eskimo's ga en ik koop daar een ijsje. De Eskimo neuzen als begroeting, zoals u waarschijnlijk wel weet hé? Maar ik likte juist aan mijn ijsje. Resultaat: ijsje komt in mijn neusgaten terecht. Help, roep ik nog, ik krijg geen lucht meer. Dat komt omdat ik vergeten was dat ik ook kon ademen langs mijn mond. Betalen jullie dan de onkosten van het ziekenhuis bij de Eskimo's? En de ambulance-slee? Zeg niet dat het vergezocht is, ik sta algemeen bekend als ontdekkingsreiziger, vandaar dat mijn zoon dezelfde weg opgegaan is....”

Voor reizigers naar het buitenland zijn er speciale clausules, er moet dan een klein beetje bij betaald worden...”

Zou die nu alles geloven wat ik zit te verzinnen? Het lijkt van wel hé?

Meneer, bent u er nog?”
Nee, ik ben er nog...”
Mag ik u laten intekenen op ons aanbod, de details en formuleprijzen worden per mail naar u gezonden. U kunt het dan rustig nalezen en geheel vrijblijvend uw conclusies trekken. Maar eerst wil ik u nog vragen om uw adres, geboortedatum en mailadres.”

Ik heb ingehaakt. 't Is toch gemakkelijk als men dement aan het worden is en zich niets kan herinneren van zijn eigen geschiedenis...

©GoNo