’t Is altijd feest aan tafel…
“ Mama, ik wil snoepjes…”
“ Nee, eerst je bord leeg eten en dan krijg je een snoepje…”
“ Ik lust dat niet…”
“ Van spinazie wordt je groot en sterk, kijk maar naar den bompa…”
Bompa gelooft z’n eigen oren niet. Groot en sterk? Bompa is amper 1m60 en als hij een zakje aardappelen van 5 kilo moet optillen, belt hij een takelwagen. Bij wijze van spreken toch.
“ Maar ik lust dat niet…”
“ Jij lust alleen maar fricandellen met ketchup…”
“ En ook snoepjes, mama…”
“ Je blijft aan tafel zitten tot je bord leeg is, al moet je blijven zitten tot morgenvroeg…”
Voilà, da’s gesproken, hoewel ik het nog moet meemaken dat die dreumes de nacht zal doorbrengen aan tafel. Dat zijn zo van die dreigementen die nergens opslaan, je vraagt je af waarom ze uberhaupt geuit worden. De kinderen zijn volgens mij een stuk slimmer dan pakweg een halve eeuw geleden.
“ Bompa eet toch ook alles op, kijk, z’n bord is bijna leeg…”
“ Bompa? Jij lust dat wel hé? Ikke niet!!”
Haar kennende komt nu het moment waarop ze met haar vork de spinaziepuree nog wat platter gaat maken. Splatch, splatch, daar gaan we. Haar gezichtje begint tekenen te vertonen van een op komst zijnde woedeuitbarsting.
“ Verdomme, ik begin er genoeg van te krijgen, ik ga er u subiet met uwen kop induwen. Dat deed mijne papa ook…”
Voilà, da’s ook gesproken. Ik word hier aan tafel geconfronteerd met dingen die ik al lang vergeten ben. Het enige verschil met m’n dochter, ik zei het geen tien keer, ik deed het gewoon. Slechte papa, ‘k weet het, maar het hielp…
“ Meisje, bompa zal uw bordje leeg eten. Kom, geef het maar hier en dan zijn de snoepjes ook voor mij…”
“ Nee, ik wil dat niet, da’s van mij…”
“ Niks van, da’s nu van mij, ‘k heb het eerlijk afgenomen…”
Het concert begint, in stereo, met de kracht van een orkaan. Aan haar longen zal het niet liggen, zoveel is zeker. Bompa trekt er zich niets van aan, al wat ge aantrekt moet ge toch uittrekken, is z’n devies.
“ Moet ge uw bord terug hebben? Of moet ik het opeten?”
Een bord opeten lijkt me niet zo’n goed idee. Bij gebrek aan tanden en dan nog hé?
“ Ja, ik wil het terug…”zegt ze snikkend. Hoe hardvochtig kan een bompa soms zijn?
“ Ja, wie?”
“ Ja, bompa…”
“ En wat zeggen we erbij? Aub, bompake?
“ Aub, bompake…”“ Flinke meid, helemaal haar mama…”
De strijd is weer eens gestreden. De vraag is natuurlijk wie de winnaar is. Ik hou van m’n kleindochtertje. Vier jaar en telkens in de clinch gaan, op voorhand wetende dat er troubles van komen. Van wie zou ze dat geleerd hebben?
Ze heeft haar snoepje gekregen. Ze staat voor mij, toont de twee snoepjes in haar kleine handje.
“ Krijgt bompa een snoepje?”
Ik probeer haar wijs te maken dat ze moet leren delen, als ze later belastingen moet betalen zal ze ook moeten delen.
“ Bompa krijgt lekker niks, nananana…”
En weg is ze, na eerst nog, geheel per ongeluk, op mijne grote teen getrapt te hebben…
©GoNo
“ Nee, eerst je bord leeg eten en dan krijg je een snoepje…”
“ Ik lust dat niet…”
“ Van spinazie wordt je groot en sterk, kijk maar naar den bompa…”
Bompa gelooft z’n eigen oren niet. Groot en sterk? Bompa is amper 1m60 en als hij een zakje aardappelen van 5 kilo moet optillen, belt hij een takelwagen. Bij wijze van spreken toch.
“ Maar ik lust dat niet…”
“ Jij lust alleen maar fricandellen met ketchup…”
“ En ook snoepjes, mama…”
“ Je blijft aan tafel zitten tot je bord leeg is, al moet je blijven zitten tot morgenvroeg…”
Voilà, da’s gesproken, hoewel ik het nog moet meemaken dat die dreumes de nacht zal doorbrengen aan tafel. Dat zijn zo van die dreigementen die nergens opslaan, je vraagt je af waarom ze uberhaupt geuit worden. De kinderen zijn volgens mij een stuk slimmer dan pakweg een halve eeuw geleden.
“ Bompa eet toch ook alles op, kijk, z’n bord is bijna leeg…”
“ Bompa? Jij lust dat wel hé? Ikke niet!!”
Haar kennende komt nu het moment waarop ze met haar vork de spinaziepuree nog wat platter gaat maken. Splatch, splatch, daar gaan we. Haar gezichtje begint tekenen te vertonen van een op komst zijnde woedeuitbarsting.
“ Verdomme, ik begin er genoeg van te krijgen, ik ga er u subiet met uwen kop induwen. Dat deed mijne papa ook…”
Voilà, da’s ook gesproken. Ik word hier aan tafel geconfronteerd met dingen die ik al lang vergeten ben. Het enige verschil met m’n dochter, ik zei het geen tien keer, ik deed het gewoon. Slechte papa, ‘k weet het, maar het hielp…
“ Meisje, bompa zal uw bordje leeg eten. Kom, geef het maar hier en dan zijn de snoepjes ook voor mij…”
“ Nee, ik wil dat niet, da’s van mij…”
“ Niks van, da’s nu van mij, ‘k heb het eerlijk afgenomen…”
Het concert begint, in stereo, met de kracht van een orkaan. Aan haar longen zal het niet liggen, zoveel is zeker. Bompa trekt er zich niets van aan, al wat ge aantrekt moet ge toch uittrekken, is z’n devies.
“ Moet ge uw bord terug hebben? Of moet ik het opeten?”
Een bord opeten lijkt me niet zo’n goed idee. Bij gebrek aan tanden en dan nog hé?
“ Ja, ik wil het terug…”zegt ze snikkend. Hoe hardvochtig kan een bompa soms zijn?
“ Ja, wie?”
“ Ja, bompa…”
“ En wat zeggen we erbij? Aub, bompake?
“ Aub, bompake…”“ Flinke meid, helemaal haar mama…”
De strijd is weer eens gestreden. De vraag is natuurlijk wie de winnaar is. Ik hou van m’n kleindochtertje. Vier jaar en telkens in de clinch gaan, op voorhand wetende dat er troubles van komen. Van wie zou ze dat geleerd hebben?
Ze heeft haar snoepje gekregen. Ze staat voor mij, toont de twee snoepjes in haar kleine handje.
“ Krijgt bompa een snoepje?”
Ik probeer haar wijs te maken dat ze moet leren delen, als ze later belastingen moet betalen zal ze ook moeten delen.
“ Bompa krijgt lekker niks, nananana…”
En weg is ze, na eerst nog, geheel per ongeluk, op mijne grote teen getrapt te hebben…
©GoNo
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage