GoNo's Gedichten & Verhalenhoek

De hersenspinsels van een zelf- en door anderen verklaarde dichter/schrijver.

maandag 8 februari 2016

Was ik maar vijftig jaar jonger, denkt hij…







Hij zit daar maar een beetje voor zich uit te staren. Telt af en toe de druppels die langs het raam naar beneden glijden. Mistroostig word ik van dat rotweer, mompelde hij tegen Fatima zijn Somalische kuisvrouw die hem langs geen kanten begrijpt. Ze zit nog volop in haar cursus inburgering, haar opgelegd door het OCMW. Voor wat hoort wat, zegden ze haar.
Vlaams leren of geen uitkering. De sociale assistent wist schijnbaar het verschil niet tussen Nederlands en Vlaams. Maar kom, ze is al blij dat ze werk heeft en voorlopig hier mag blijven…

“Fatima”, vraagt hij plots, “heb je al geleerd hoe je patatten moet koken?”

Fatima kijkt hem schichtig aan. Ze is een beetje bang van die man, die soms dwars door haar ziet. Alsof ze alleen maar bestaat uit lucht.

“ Fatima, begrijp je wel wat ik zeg? Patatten met wortelen en boerenworst? Dat kennen ze in je thuisland niet hé?”

Hij kijkt haar aan met een monkellachje. Er is nog toekomst, denkt hij. Ik maak er een echte Vlaamse van. Misschien moet ik haar wel ten huwelijk vragen, wie weet zegt ze nog ja ook. ’t Zou nogal voor opschudding zorgen in de familie, de helft zijn Vlaams Blokjes en de andere helft leunt aan tegen het Vlaams Behang.

Fatima kuist rustig verder, blijft het antwoord op z’n vragen schuldig. Hij doet me denken aan m’n vader, maar dan wat langs de bleke kant. Te weinig zon, is ongezond hé?
Te veel zon ook, denkt ze. Van haar vader heeft ze ook schrik. Die kon met z’n poten niet van haar lijf blijven. Eén van de redenen waarom ze gevlucht was. Maar leg dat maar eens uit aan een ambtenaar van de Dienst Vreemdelingenzaken. In de streek waar ze woonde was er geen oorlog, dus verzon ze maar een verhaal over hoe ze ingelijfd werd in een terroristische groepering en als prostituee ter beschikking van de manschappen stond. Ze werd nog geloofd ook, kreeg een voorlopige verblijfsvergunning…

“ Fatima, zeg mij na. Patatten met saucissen en daarbij een cervela, tralala…”

“ Fatima, kom eens hier. Zo da’s beter. Kijk naar m’n mond en zeg me na…”
Hij legt het uit met gebarentaal en in gebroken Engels. Eindelijk begrijpt ze wat hij bedoelt.

Haar uitspraak is zo koddig dat hij in een lach schiet. Ze lacht mee, is plots niet meer bang van hem. Ziet hem zoals hij is, een oude heer die wat gezelschap nodig heeft. Ze wil hem vragen of hij haar Vlaams kan leren, maar ze durft niet goed. Ze werkt hier nog maar enkele dagen, kent de gewoonten van de Vlaamse cultuur, zo die er al zijn, nog niet goed.

“ Ik nu kuis verder, okay?”zegt ze.

Ze spreekt al beter Vlaams dan ik, mompelt hij. Hij kijkt mistroostig door het raam. Regen, altijd maar regen. Waar blijft die zon? Ik heb verdomme een Afrikaanse in huis, maar geen zon. In Afrika schijnt alle dagen de zon, als het niet regent. Vivat bomma, patatten met saucissen en cervela lust ik niet, zingt hij stilletjes. Schoon wijveke, die Somalische, denkt hij. Was ik maar vijftig jaar jonger, mompelt hij…

©GoNo