Getekend: Clement Devos hoofdinspecteur GP 2
Clement Devos stapte als een echte cowboy de kroeg binnen. Z’n hand rustte op z’n pistool, z’n kepie wat naar achteren geschoven. Het enige wat ontbrak waren z’n sporen en z’n paard. Lange John wist niet wat hij zag. Miljaarde, dacht Lange John, dat ik dat nog mag meemaken. Er klonk gelach in de kroeg, en ’t was niet omdat er een goeie mop verteld werd…
“ Ik ben Clement Devos, uwen nieuwe wijkagent…”
Deze woorden sloegen in als een bom. De plotse stilte was oorverdovend. Lange John keek de nieuwe wijkagent doordringend aan. Clement keek even doordringend terug. De jukebox trok er zich niets van aan, speelde lustig verder ‘ In Dreams’ van Roy Orbison. Geheel toepasselijk, vond Lange John.
“ Ik ben John Kennedy, bijnaam Lange John, uwen nieuwe cafébaas…” Lange John heette helemaal niet Kennedy, hoewel hij er een beetje op leek, als hij pas uit de douche kwam. Zonder vetkuif en lederen jekker hé…
Flupke, die doorging als de slimste idioot die een moeder ooit op de wereld gezet heeft, kwam naast Clement staan.
“ Is dat een echte revolver?”
“ Nee, da’s een plastieken die alleen maar propjes afschiet…”
Daarmee was de toon gezet. De aanwezige dokwerkers en rockers vonden het een goeie. De nieuwe wijkagent hield van een beetje lachen, zo’n kwaaie was het nu ook weer niet.
“ Wilt ge iets drinken?” vraagt Lange John.
“ Voor mij een fluitje….” probeert Flupke.”
“ Eerst uwen poef betalen, Flupke, ge staat al voor vijftig frank op de spiegel…”
“ Geef mij maar een colaatje…”zegt Clement.
“ Een colaatje? Zijt ge er mee aan ’t lachen? Een vent gelijk gij die drinkt toch een 33-er? De oude wijkagent liet zich niet kennen op dat gebied. Die trakteerde heel de zaak als blijde kennismaking en even blijde intrede…”
De aanwezigen tikken nu met hun glas op de tafels en de toog. Een vast ritueel als men een toernée generale krijgt. Clement weet niet goed wat hij moet doen, is niet zo goed op de hoogte van de geplogendheden in dit milieu. Maar om het ijs te breken en hopende op een beetje medewerking aan z’n onderzoek, besluit hij om toch maar te trakteren…
“ Oké, geef dan maar een rondje en geef mij een 33-er…”
“ Da’s gesproken, nu hoor ik u klappen…”zegt Lange John. Da’s rap verdiend ook, denkt hij.
“ Kom Flupke, werk een beetje voor uwen poef, ga de lege glazen halen en breng de volle in de plaats…en maak de asbakken leeg terwijl ge nu toch bezig zijt…” Waar is de tijd toen er nog gerookt mocht worden hé? Toen waren er een heel pak minder moraalridders…
Om de één of andere reden begon Clement zich thuis te voelen in deze kroeg. Lag het aan de muziek of aan de ongedwongenheid van de kroeggangers? Hij wist het niet…
“ En zeg eens, hoe kan ik u van dienst zijn?”vroeg Lange John op minzame toon.
“ Ik kom eigenlijk vanwege een klacht…”
“ Toch niet omdat de muziek te hard stond? De rijkswacht zei dat vannacht ook al, de buren hadden geklaagd dat ze niet konden slapen. Slapen moet ge doen als ge dood zijt, dan hebt ge tijd genoeg hé?”
Clement had geen weet van een klacht voor burenlawaai, maar dat was in die tijd geheel normaal. Rijkswacht en politie waren twee werelden apart, de ene wist niets van de andere en omgekeerd ook.
“ Ik kom eigenlijk voor de broers Strappats, die kennen jullie toch?”
Bij het horen van de naam Strappats viel er een onbehaaglijke stilte. Iedereen kende de broers. De oudste had nog op de Sinksenfoor in een bokskraam gestaan, de jongste was worstelaar geweest. Geen katjes om zonder handschoenen aan te pakken. En zeker niet als ze gezopen hadden. Een scheve blik of een scheef woord was genoeg om een vechtpartij uit te lokken. ’t Waren echte straatvechters die ge beter te vriend kon houden…
“ Naar het schijnt zouden ze de velo van Emiel de facteur gestolen hebben. Hier voor de deur. Heeft er iemand iets gezien?”vraagt Clement op gezaghebbende toon.
“ Niemand heeft er iets gezien…” zegt Lange John, nogal vlug. In zijn kroeg zijn klikkers niet welkom, dat de politie het zelf maar uitzoekt, ze worden er voor betaald.
Clement krijgt geen antwoord. Z’n onderzoek is vast aan ’t lopen.
“ Misschien als ge er nog ene geeft, bier maakt de tongen los hé?”vraagt Lange John.
De deur gaat open en ge moogt drie keer raden wie er binnen komt…
©GoNo
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage