’t Is mijn dag niet vandaag…
Het is begonnen omstreeks een uur of vier, de meeste mensen zijn dan nog
in dromenland. Ik niet, ik werd wakker door een onweerstaanbare drang om te
gaan plassen. Dat gebeurt bij mij met de regelmaat van een Zwitserse klok. Dus ik
schiet recht, erbij vergetende dat ik in slaap gevallen was op m’n zetel. Met als
resultaat dat ik m’n grote teen stoot tegen het salontafeltje. Ik vloek als een
ketter in de late middeleeuwen. Of waren het de vroege? Maakt niet uit. Ik wist
zelfs niet dat ik een regendans van de Apachen perfect onder de knie had. Met als
gevolg dat het nog meer regende…maar dat kan gewoon aan de klimatologische
omstandigheden gelegen hebben.
We zijn bij halfzeven aangeland. Tijd om een bakje troost te offreren
aan m’n eigen. Koffiepad in de Senseo, water bijgevuld en op ’t knopje duwen. Intussen
sigaretje rollen met ’t machientje, meer moet dat niet zijn hé? Ik draai mij om
en duw terug op ’t knopje, anders gene koffie hé? M’n zesde en andere zintuigen
zeggen me dat er iets niet klopt, maar wat vraag ik me af. Verdomme, ik ben
vergeten m’n tas onder de Senseo-tuit te zetten. Hoe kan dat nu? Komt het door
m’n grote teen, die al m’n aandacht vraagt? Of door m’n kat, die weer staat te
bléten omdat haren etensbak maar halfvol is?
Wat een snert-en janboel, denk ik. Dat hebt ge als ge met uw ogen
openslaapt.
Ik kuis heel de boel op, op dat moment zou ik miljonair willen zijn. Al was
het maar om een Poolse kuisvrouw met dienstencheques in dienst te hebben. Ik wist
verdorie niet dat er zoveel koffie uit zo’n Senseo kon komen. Ik besluit dan
maar om een kopje thee te zetten. Veel kan er niet mislopen met theezetten,
denk ik. Behalve uw tong verbranden, daar moet ge GoNo voor heten. Ik begin er
zo stilletjesaan genoeg van te krijgen. Eventjes op het balkon staan om een
beetje uit te waaien en een frisse neus halen. ’t Is nat op ’t balkon en zeker
als ge op uw blote voeten in ’t water staat. Ook dat nog, veel erger kan het
niet meer worden. Of wel soms?
M’n kat zit te schijten op haren kattenbak. Wat een stank, denk ik,
mijne stoelgang riekt duizend keer beter. Behalve als ik Kriek gedronken heb,
dan blaas ik met één scheet het voltallige leger van Assad omver. Waarom stinkt
ge zo hard, vraag ik meer aan mezelf dan aan de kat. Ze kijkt me met haar
geniepige oogjes aan alsof ze wil zeggen “ er komt nog meer…”
’t Is negen uur, ’t is gestopt met regenen. ’t Wordt tijd dat het zomer
is, denk ik. Of heb ik iets gemist? Ik ga boodschappen doen, kattenzand en nog
wat van die huiselijke middelen die het comfortabel moeten maken. Wat charcuterie,
waarvan ik steevast de helft moet weggooien omdat de verpakkingen te groot zijn
voor een alleenstaande. Ik ben al binnen in de Colruyt en wil m’n
klantenkaartje nemen. Geen kaartje, want portefeuille ligt nog op tafel. Draaien
met het karretje, richting uitgang die tevens de ingang is, omdat ik in de
verkeerde richting loop. Gevolg? Ik rijd met m’n karretje tegen iemand die
binnenkomt. Vriendelijke madam, die mij de huid volscheldt. Ge draagt toch een
bril, zegt ze met overslaande stem. Is ’t waar, vraag ik vriendelijk. Dat zijn
contactlenzen in een montuur, zeg ik. Ze kan er niet mee lachen, ik feitelijk
ook niet, maar op iedere vraag is er wel een antwoord te verzinnen, denk ik
dan. Behalve op de vraag of God ook moet kakken en plassen. Daar ben ik nog
niet uit…
Ik zit nu te wachten tot het overgaat met regenen. Zo te zien heb ik nog
even de tijd om een koffietje en een sigaretje te maken. Of zal ik maar
gewoonweg water drinken? Het lijkt mij het veiligste hé?
©GoNo
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage