Overleven is een kunst 12.
“ Heb je nog niet genoeg schade aangericht?”vraagt pater Siegfried. Hij kan amper z’n woede beheersen. Jezus kan wel zeggen dat je je naaste moet liefhebben, maar de duivel heeft men ook niet lief. De pater staat nu recht tegenover opvoeder Marcel. Het lijkt wel op een revolverduel in de ondergaande zon. Alleen de muziek van Ennio Morricone ontbreekt. Beiden vergeten dat er hoog bezoek aanwezig is. Jeugdrechter Streger bekijkt het tafereeltje van op afstand. Wat een vertoning. Twee volwassenen die elkaars bloed kunnen drinken. Hier moet meer aan de hand zijn. Als de kinderen een voorbeeld moeten nemen aan die twee heren, dan zal er ongetwijfeld nog veel werk aan de winkel zijn om hen terug op het rechte pad te brengen.
Dokter Decoster doet nu ook z’n intrede. De grote psycholoog overziet in één oogopslag de situatie. Ziet dat opvoeder Marcel waarschijnlijk het onderspit zal delven. Dit mag niet uitlopen op een handgemeen, hij heeft opvoeder Marcel nodig. Als een volleerde diplomaat gaat hij tussen beide heren staan.
“ Wat is het probleem?”vraagt hij met sussende stem.
“ Het probleem is dat Marcel hier niets te zoeken heeft. Bij mijn weten is dat hier de ziekenzaal en niet sectie D. Ik denk dat er duidelijke afspraken gemaakt zijn omtrent zieke kinderen. Hier stopt de opvoeding en begint de verpleging.”zegt pater Siegfried, die z’n kalmte herwonnen heeft.
“ Ik ben verantwoordelijk dat opvoeder Marcel hier is. Ik heb hem gestuurd om een verkennend gesprek met die jongen te doen. Gezien de jongen z’n ziekenbed toch niet kan verlaten, waar ik dik m’n twijfels over heb, want volgens z’n dossier is hij een geboren manipulator.” Dokter Decoster zegt het op een toon die geen tegenspraak duldt. Wie zou het wagen om z’n autoriteit in twijfel te trekken?
“ Zo, nu dokter Decoster hier is, is m’n aanwezgheid zeker overbodig?” Opvoeder Marcel doet moeite om z’n satanisch lachje te onderdrukken. Kijkt naar pater Siefried met een air van “ zie je wel, ik win altijd”. Pater Siegfried doet een schietgebedje, maar ’t helpt niet veel…
“ Boeiend, heel boeiend, moet ik zeggen…jullie zouden er beter aan doen jullie meningsverschillen uit te vechten op de dagelijkse vergadering…”zegt jeugdrechter Streger met kwade stem. Terwijl hij naar dokter Decoster kijkt. Decoster voelt zich geviseerd. Weer zulk een jong jeugdrechtertje die de wereld gaat veranderen. Vanachter een bureau. Wat weet die nu hoe de realiteit in elkaar zit? De realiteit is dat hier kinderen zitten die hun ouders vermoord hebben, kinderen die des duivels zijn, kinderen die verslaafd zijn aan drugs. Decoster wil en kan geen onderscheid maken. Dat jeugdrechtertje moet toch weten welk vlees hij in de kuip heeft? Z’n voorganger heeft die kinderen toch niet voor niets hier geplaatst?
Jeugdrechter Streger begint pater Siegfried te begrijpen. Hij voelt nu ook een zekere spanning opkomen. Hij neemt zich voor om later eens een deftig gesprek te hebben met die pater. Om een beetje inzicht te krijgen in de interne keuken van dit gesticht. Hij draait zich om en gaat naar het ziekenbed van de jongen. Decoster staat achter de jeugdrechter, kijkt pal in de ogen van de jongen alsof hij een slangenbezweerder is. Is nu al een verdediging aan het opbouwen.
“ Deze jongen hier lijdt aan hallucinaties, waarbij hij zichzelve verwondingen toebrengt. Die gaan van tegen de muur bonken met z’n hoofd tot het zich expres laten vallen van trappen…’k weet het ’t is erg, maar in samenspraak met de dokter zal er een begeleidingsplan met gepaste medicatie op punt gezet worden…” zegt dokter Decoster alsof hij een medisch verslag aan het opzeggen is.
Pater Siegfried kijkt verbaasd op, pater Fernandus loopt rood aan. Beiden weten wel beter. Die verwondingen zijn niet aangebracht door de jongen, die zijn er gekomen door ene opvoeder Marcel. Maar met zulke uitleg door Decoster is de weg vrij naar nog meer kindermishandeling. Die twee dekken elkaar in, zoveel is duidelijk.
“ Kan je spreken? Ik ben jeugdrechter Streger, je nieuwe jeugdrechter. Vertel me eens wat er gebeurd is?”vraagt jeugdrechter Streger aan de jongen.
“ Ik ben gevallen…..meneer de jeugdrechter.”
©GoNo
Dokter Decoster doet nu ook z’n intrede. De grote psycholoog overziet in één oogopslag de situatie. Ziet dat opvoeder Marcel waarschijnlijk het onderspit zal delven. Dit mag niet uitlopen op een handgemeen, hij heeft opvoeder Marcel nodig. Als een volleerde diplomaat gaat hij tussen beide heren staan.
“ Wat is het probleem?”vraagt hij met sussende stem.
“ Het probleem is dat Marcel hier niets te zoeken heeft. Bij mijn weten is dat hier de ziekenzaal en niet sectie D. Ik denk dat er duidelijke afspraken gemaakt zijn omtrent zieke kinderen. Hier stopt de opvoeding en begint de verpleging.”zegt pater Siegfried, die z’n kalmte herwonnen heeft.
“ Ik ben verantwoordelijk dat opvoeder Marcel hier is. Ik heb hem gestuurd om een verkennend gesprek met die jongen te doen. Gezien de jongen z’n ziekenbed toch niet kan verlaten, waar ik dik m’n twijfels over heb, want volgens z’n dossier is hij een geboren manipulator.” Dokter Decoster zegt het op een toon die geen tegenspraak duldt. Wie zou het wagen om z’n autoriteit in twijfel te trekken?
“ Zo, nu dokter Decoster hier is, is m’n aanwezgheid zeker overbodig?” Opvoeder Marcel doet moeite om z’n satanisch lachje te onderdrukken. Kijkt naar pater Siefried met een air van “ zie je wel, ik win altijd”. Pater Siegfried doet een schietgebedje, maar ’t helpt niet veel…
“ Boeiend, heel boeiend, moet ik zeggen…jullie zouden er beter aan doen jullie meningsverschillen uit te vechten op de dagelijkse vergadering…”zegt jeugdrechter Streger met kwade stem. Terwijl hij naar dokter Decoster kijkt. Decoster voelt zich geviseerd. Weer zulk een jong jeugdrechtertje die de wereld gaat veranderen. Vanachter een bureau. Wat weet die nu hoe de realiteit in elkaar zit? De realiteit is dat hier kinderen zitten die hun ouders vermoord hebben, kinderen die des duivels zijn, kinderen die verslaafd zijn aan drugs. Decoster wil en kan geen onderscheid maken. Dat jeugdrechtertje moet toch weten welk vlees hij in de kuip heeft? Z’n voorganger heeft die kinderen toch niet voor niets hier geplaatst?
Jeugdrechter Streger begint pater Siegfried te begrijpen. Hij voelt nu ook een zekere spanning opkomen. Hij neemt zich voor om later eens een deftig gesprek te hebben met die pater. Om een beetje inzicht te krijgen in de interne keuken van dit gesticht. Hij draait zich om en gaat naar het ziekenbed van de jongen. Decoster staat achter de jeugdrechter, kijkt pal in de ogen van de jongen alsof hij een slangenbezweerder is. Is nu al een verdediging aan het opbouwen.
“ Deze jongen hier lijdt aan hallucinaties, waarbij hij zichzelve verwondingen toebrengt. Die gaan van tegen de muur bonken met z’n hoofd tot het zich expres laten vallen van trappen…’k weet het ’t is erg, maar in samenspraak met de dokter zal er een begeleidingsplan met gepaste medicatie op punt gezet worden…” zegt dokter Decoster alsof hij een medisch verslag aan het opzeggen is.
Pater Siegfried kijkt verbaasd op, pater Fernandus loopt rood aan. Beiden weten wel beter. Die verwondingen zijn niet aangebracht door de jongen, die zijn er gekomen door ene opvoeder Marcel. Maar met zulke uitleg door Decoster is de weg vrij naar nog meer kindermishandeling. Die twee dekken elkaar in, zoveel is duidelijk.
“ Kan je spreken? Ik ben jeugdrechter Streger, je nieuwe jeugdrechter. Vertel me eens wat er gebeurd is?”vraagt jeugdrechter Streger aan de jongen.
“ Ik ben gevallen…..meneer de jeugdrechter.”
©GoNo
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage