De geboorte van een bestseller..
“ Nee, het zegt me niks, nada, rien du tout, ’t is m’n ding niet hé…”zeg
ik tegen Maurice.
Maurice heeft zich voorgenomen om broodschrijver te worden, hij is er
heilig van overtuigd dat een bestseller schrijven niet zo moeilijk kan zijn. Als
een receptenboekje een hit kan worden, waarom dan ook niet zijn toekomstige
roman? Ik gun het hem van harte, maar ik vrees dat hij met z’n kop tegen een
muur zal lopen…
“ En waarom zegt het je niets?”vraagt Maurice op haast smekende toon.
“ Het onderwerp, wie zit er nu te wachten op een roman die zich afspeelt
op Mars? Een liefdeshistorie tussen een Marsmannetje en een aardse vrouwelijke
astronaut? “zeg ik overtuigd van m’n gelijk.
“ Jamaar, ’t is een sf-roman, binnen dertig jaar gaan we daar op
vakantie. En op de maan gaan we frieten met stoofvlees eten, let op m’n woorden…”
Wat moet ik doen, denk ik. Misschien moet ik hem wel helpen, mijn
inzichten zijn van die aard dat z’n roman waarschijnlijk recht de vuilbak in
zal gaan bij de één of andere uitgever.
Maurice is een brave jongen. Te braaf, naar m’n goesting. Een beetje een
moederskindje, gelooft nog in het goede en heeft geen oog voor het kwade rond
hem. Drie jaar nadat hij de school verlaten heeft, is hij nog steeds werkloos. Degenen
die hem constant gepest hebben op school, werken bijna allemaal of volgen een
opleiding. Maurice met z’n diploma in de Letteren & Wijsbegeerte, zo noem
ik het, staat aan de kant. De zoveelste desillussie in z’n nog relatief jong
bestaan. Wat moet ik met hem aanvangen? Een zondagnamiddag m’n tijd opofferen
en het werelkampioenschap veldrijden missen? Missen hoe Sven Nys de crossers op
een schroothoop rijdt? Ik zeg hem dat ik erover zou nadenken, ik laat je wel
iets weten. Ik voel me een beetje zoals bij m’n sollicitaties. De heren
werkgevers zullen altijd iets laten weten, alleen weten ze het zelf nog niet…
Maurice staat voor m’n deur, op zondagnamiddag nog wel. Verdomme, ik was
hem vergeten. Zou ik opendoen of doe ik
alsof ik niet thuis ben? M’n zondag is heilig, de andere dagen ook. Ach, denk
ik, ‘k laat hem binnen, zo lang zal hij toch niet blijven, mag niet van z’n
mama. Tweeëntwintig jaar en nog aan moeders rokken hangen. Op die leeftijd zat
ik ergens in Frankrijk bij een wijnboer druiven te plukken en buikkrampen te
vergaren. Van rode wijn heb ik meer dan m’n buikje vol gehad. Toen was het nog
een heel avontuur, nu is diezelfde streek een toeristische attractie, ze werken
nu niet meer met halve hippie’s, maar met Polen, Roemenen, Bulgaren en Sikhs. Zoals
de fruitboeren hier…
Ik laat hem binnen, benieuwd wat z’n nieuw project nu weer zal zijn. Want
projecten heeft hij genoeg op stapel staan, hij moet dringend in de politiek
gaan. Die kennen ook alles van projecten, denk ik dan…
Maurice klopt op m’n deur. Ik klop terug op de binnenkant van de deur. Ik
lijk wel een klopgeest. Tok, tok, klinkt het nu ietsje harder. Gaan we even
lachen? Ik geef een serieuze bonk op m’n deur en trek de deur vliegensvlug
open. Maurice bekijkt me alsof er een spook voor hem staat. Ziet een beetje
bleek rond z’n neus. Ik had dat niet mogen doen, straks zit ik hier met een
lijk op m’n trapzaal.
“ Kom binnen, “zeg ik, proberend m’n lach te verbergen wat mij maar ten
dele lukt.
“ Ge hebt me goed laten verschieten, al goed dat ik het niet aan m’n
hart heb of ik was steendood gevallen…”zegt Maurice enigszins bekomen.
“ Dat begrijp ik niet goed. Steendood? Bij mijn weten is een steen zo
goed als dood of zijn er levende stenen? O ja, de bouwstenen van het leven…” ’t
Is gemakkelijk als je zelf het antwoord kunt geven op een gestelde vraag, denk
ik dan…
“ Goeie muziek hé?”zegt Maurice omdat hij toch iets moet zeggen.
“ Ja, Classic FM, de beste in z’n soort. ’t Geeft me innerlijke rust en
m’n kat valt ervan in slaap. Alhoewel, die valt altijd in slaap, ook als ik
tegen haar zaag. Een beetje zoals m’n ex-vrouw. Die sliep ook altijd als ik
probeerde uit te leggen hoe ene Albert Einstein de relativiteitstheorie
ontwikkeld heeft. Op den duur kon ik zelf niet meer volgen, maar daar ben je
niet voor gekomen, denk en mag ik hopen?”
“ Nee, ik kwam raad vragen voor m’n nieuw project…”
“ Haha, een nieuw project?”
Waarom herhaalt een mens toch altijd de woorden van een ander? Alsof een
mens doof is en de bevestiging vraagt of hij wel goed gehoord heeft.
“ Ja, weet je nog dat we gesproken hebben over een boek schrijven?”
Ik doe of m’n neus bloedt, ik herinner me iets vaag. Maar dat woordje ‘wij’
zit me een beetje dwars. Waarom zou ik een boek mee-schrijven? Ik schrijf al
jaren geen boeken meer, ’t brengt niets op en een tweede Brusselmans ( hoewel
die tegenwoordig ook op niks meer lijkt, maar da’s mijn mening ) word ik toch
niet. Ik zeg dat natuurlijk niet aan Maurice. Een beetje ijdelheid is mij niet
vreemd, zullen we maar zeggen hé?
“ Ja, ik herinner me iets, wacht even, het ging over een Marsmannetje
die verliefd werd op een lichtekooi die op Venus woonde. Of ze er nog woont,
weet ik niet. En dat Marsmannetje zag groen van jaloezie, toen hij ontdekte dat
het gras veel groener was aan de overkant. De reden waarom men die scharminkels
niet kan zien als ze tussen het gras lopen, ze zijn verdomme zo groen als het
gras. Ze zijn zo klein dat de smurfen reuzen lijken. Ik weet nog altijd niet
wat die Venusiaanse madam in hem gezien heeft. Maar ’t is uw story hé?”
Zo te zien is Maurice van de kaart. Weggeveegd door m’n verbaal geweld. Dat
doe je niet met een vriend, denk ik plots met enige medelijden die mij toch een
zekere voldoening geeft. ’t Is de aard van ’t beestje, zei m’n opa zaliger
altijd, terwijl hij de mug die hem gestoken had doodsloeg…
“ Wil je een glas water? Je kunt kiezen…uit de kraan of uit de wc. ’t Is
allebei water, maar ’t ene smaakt anders dan het andere.”vraag ik langs m’n
neus weg.
“ Hebt ge niks anders?”
Maurice is voor een keer in z’n leven wantrouwig. M’n invloed begint
vruchten af te werpen.
“ Ik heb nog één Kriekske, maar die krijgt ge niet, zelfgemaakte
limonade en cola, die er al een paar weken staat. De Joden drinken die graag
zonder gas, heb ik me laten wijsmaken. Hoe zou dat toch komen vraag ik me nog
altijd af. Water met gas en zonder gas, je zegt het maar…”
“ Heb je geen biertje?”
“ Ja, dat heb ik, maar jij niet hé?
“ Kan ik een biertje krijgen?”
“ Jazeker, heb je geld bij?”
“ Moet ik betalen voor een blikje bier?”
“ Niet voor het bier, maar wel voor het blikje hé?”
“ Dat meen je niet?”
De vertwijfeling slaat toe, Maurice krijgt kop noch staart aan mij. Hij begint
zich af te vragen of hij in een gekkenhuis belandt is. ’t Scheelt toch niet
veel, wil ik hem zeggen…
“ Nee, Maurice, ’t is een grapje dat ik alleen kan smaken…”
Ik geef hem z’n biertje, na er eerst ferm mee geschud te hebben in m’n
keuken. Dat wordt lachen geblazen, ik doe al op voorhand in m’n broek als ik
denk aan het gezicht dat hij zal trekken.
“ Hebt ge geen glas?”
“ Wat zit er in m’n raam? Glas hé? En kunt ge daar bier inschenken? Nee,
dat gaat niet, en hoe komt dat? In ’t ene glas kunt ge bier schenken en in ’t
andere niet. De wereld zit raar in elkaar hé?”
Ik haal een glas en macht der gewoonte, doe ik het blikje open. Totaal vergeten
dat ik de clown van dienst niet ben. Een bierfontein dat mij en m’n vertrouwde omgeving
doet stinken naar de drank. Ik, die al jaren geen fluitjesbier meer drink, sta
hier verzopen als een oude koe die op eigen kracht uit de gracht gekropen is. Ze
zal gedacht hebben, op diene boer wacht ik niet…
Maurice lacht zich te barsten. Goedzo, denk ik, de kruik gaat zo lang te
water tot ze barst.
“ Ik denk dat ge teveel geschud hebt met dat blikje…”zegt Maurice.
“ Ik denk het ook, ik heb het gisteren gekocht in de Colruyt…”lieg ik
erop los.
Liegen is een kunst, schrijvers doen niets anders. Reclamemakers ook,
politiekers nog meer. Alleen bij schrijvers en dichters wordt het dichterlijk
en schrijverlijke vrijheid genoemd…
“ Ik trek even andere kleren aan, ga maar zelf een biertje halen. Je weet
de weg…en er staan glazen in de tweede kast boven de spoelbak…”
Bier kan stinken, zoveel is zeker.
Maurice heeft zich geïnstalleerd met pintje en een sigaret die verdacht
veel lijkt op een sigaret die ik zelf gemaakt heb. Brave jongen, leert al
doende. Voor zich ligt een pak papier, netjes geniet. De blauwdruk van z’n
toekomstige bestseller, denk ik . wat ook zou blijken. Ik zet me aan tafel, na
eerst m’n laatste Kriek gehaald te hebben, zonder schudden.
“ Wat is dat?”vraag ik wel wetende wat het is.
“ Het eerste deel van m’n trilogie…”
“ Een trilogie?”
Daar gaan we weer, in het herhalen van woorden ben ik ontzettend goed.
“ Wil je het lezen en verbeteren? “
Ik zie dat het met de hand geschreven is, chapeau, denk ik dan. In de 24ste
eeuw nog met de hand schrijven, je moet het maar doen hé?
“ Zeg Maurice, op een pc staat er een programma dat Word noemt. Met een
automatische verbeteraar…”probeer ik hem behulpzaam te zijn.
“ Ik schrijf ’s nachts, meestal toch en ons ma wil niet dat ik ’s nachts
op de pc zit…”zegt Maurice, mij aankijkend alsof hij een groot geheim prijsgeeft.
“ Uw mama is er nog één van de oude stempel, zo te horen? Ge moet haar
wijsmaken dat er ’s nachts geesten rondlopen en dat ge er ene gezien hebt aan
haar kamerdeur. Wedden dat ze niet meer uit haar kamer wil komen? En dan kunt
gij ’s nachts de pc gebruiken en surfen naar seks-sites. Daar kunt ge
inspiratie opdoen om te verwerken in uwen roman…”
Een kinderhand is gauw gevuld, denk ik altijd.
Maurice kijkt plots op z’n horloge. Verschiet voor de tweede maal, ’t
begint verdorie een gewoonte te worden.
“ Oei, ik moet weg, ik moet nog brood en pistolets gaan halen…”
Eén ferme slok en z’n glas is leeg.
“ Lees het en weet me te zeggen of ge het goed vindt…”
Weg is Maurice, mij achterlatend met z’n manuscript en een halve kriek. Maar
’t winkeltje op de hoek is open, geen nood dus. Zes Kriekjes en m’n dag kan
niet meer stuk. Ik ga vannacht in m’n bed z’n poging tot boekschrijven
evalueren. Samen met m’n kat, die waarschijnlijk in slaap zal vallen als ik
passages zal voorlezen. Maar die kat slaapt altijd, zelfs als ik niets
voorlees. Maar eerst ga ik proberen een deftig verhaaltje te schrijven over
deze toch wel unieke gebeurtenis in m’n leven. De geboorte van een bestseller
maak je niet alle dagen mee hé?
Verdomme, ik heb het Wereldkampioenschap Veldrijden gemist, kom dat
tegen hé?
©GoNo
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage