Opstandige revolutionairen in m’n straat…
Sedert iemand z’n bocht gemist heeft en de scheidingsmuur, tussen de onderliggende parking en de bovengrondse garageboxen, aan diggelen gereden heeft was er nog weinig beweging te bespeuren. De brandweer is wel de ondergrondse parking komen leegpompen, heeft dranghekkens geplaatst en dat was het dan. Voor spelende kinderen de uitgelezen plaats om hun apenkuren bot te vieren. Wat is er leuker om met een skateboard tussen de dranghekkens door naar beneden te zoeven? Of met een montainbike kunstjes te vertonen? Dat beetje water van een metertje, die er ondertussen terug ingelopen is, houdt hen niet tegen. De politie doet haar best om de onverlaten op heterdaad te betrappen, maar ’t is vechten tegen de bierkaai. Ze komen altijd te laat. Als ze al eens op tijd komen, kunnen ze alleen er maar opwijzen dat het levensgevaarlijk is wegens vallende stenen. Tien minuten later staat de volledige kliek er weer. De buren worden uitgescholden dat ze ouderwets zijn en helemaal niet cool. Gastjes van tien tot veertien zetten een grote bek op, dreigen zelfs met het halen van grote broer en bijhorende familie. Wat al gebeurd is. Kleine Achmedje viel met z’n nieuw fietsje pardoes naar beneden het water in. Een buur, die z’n hond aan het uitlaten was, wilde hulp bieden, maar werd getrakteerd op enkel stenen. De hond deelde in de klappen en werd razend. Twee minuten later stond Achmed senior en enkele leden van z’n gemeenschap ruzie te maken met de arme man. Toen de man er op wees, dat het verboden was om hier te spelen, was het hek helemaal van de dam. Iemand was slim genoeg om de politie te bellen voor het helemaal uit de hand liep. De komst van de politie was als olie op het vuur. Achmed sr. eiste een ambulance want z’n zoontje had een fikse snee in z’n knie. Plus een natte broek. Om de gemoederen te bedaren ging de politie in op z’n eis. De buurman zette z’n tocht verder met z’n hond. Vergat door alle doorstane commotie de hondedrol op te kuisen, wat hem op een proces verbaal kwam te staan. De wet is de wet, moeten ze gedacht hebben…
Vanmorgen is er schot in de zaak gekomen. De eigenaar van het terrein was er al om 8:00. Met in z’n kielzog een aannemer en vier werklui. Ik hoorde hem z’n plannen toelichten. Er komt een poort en de resterende muur wordt afgebroken. De poort is alleen toegankelijk voor degenen die een autobox huren. De man spreekt duidelijk Hollands. Op de vraag hoe de mensen dan nog gebruik kunnen maken van de deuren in hun achtertuin, is z’n antwoord dat dit zijn probleem niet is. Er waren vroeger geen deuren die toegang gaven tot de parking. Ze moeten maar hun deuren dichtmetsen. Hij is ook van plan nieuwe beton te laten gieten op de parking, om alzo de vele putten te dichten. Ik luister met verbazing en vraag mij af hoe hij dat denkt klaar te spelen. Ik weet dat de meeste boxen van eigenaars zijn die tevens een appartement bezitten in de omliggende appartementsgebouwen. Ik verdenk hem ervan dat hij totaal geen contact opgenomen heeft met de eigenaars. Waarschijnlijk wil hij hen voor een voldongen feit plaatsen. Ik hoor hem zeggen dat ze zich moeten houden aan het budget. Het moet er goed uitzien langs de straatkant; de binnenkant mag bezet worden met een dunne laag cement., terwijl hij wijst op de draagmuren waar de poort moet inkomen. De aannemer knikt, z’n werklui ook. Het kan allemaal gedaan worden op één week tijd, als je vroeger klaar bent, zoveel te beter, zegt de eigenaar. P- Construct staat er op de bestelwagen van de aannemer. Zou die “P” voor paljassen staan? Of staat ze voor :” Potdorie, de poort zit klem en niemand kan nog binnen, laat staan naar buiten?” De werklui zien er in ieder geval niet al te snugger uit. Spreken Pools of iets dat er op lijkt, waarbij de aannemer tien keer met handen en voeten probeert uit te leggen wat de eigenaar verlangt. Ze knikken steeds van ja, maar begrijpen er geen sikkepit van. De eigenaar heeft een bundel papieren aan de aannemer, schudt hem de hand en verdwijnt in z’n Mercedes naar zijn villa in Brasschaat. Dat denk ik toch. ’t Kan ook zijn dat hij richting Nederland rijdt met de gedachte:” ‘k Zal die domme Belgen eens goed liggen hebben…”
Ik wacht nu met spanning af hoe dit verder zal aflopen. Ik zou het een grandioze grap vinden moesten die Poolse werknemers als die deuren dichtmetsen. Foutje in de communicatie. Kan gebeuren hé? Je staat ’s morgens goedgeluimd op, je wilt naar je garagebox en je loopt je te pletter op een muurtje, dat er de dag voordien niet was. Het gevloek en getier klinkt me nu al als muziek in de oren. Ik weet het, ik heb een slecht karakter, maar een goede fantasie. Maar om m’n goede wil te laten zien, zal ik de buren hoogstpersoonlijk op de hoogte brengen van wat ik gehoord heb. Kwestie van een beetje olie op ’t vuur te gieten en m’n reputatie alle eer aan te doen. M’n brave buren hebben niet veel nodig om een revoltutie te ontketenen waarbij de Arabische Lente maar klein bier zal zijn. Ik zie al de allochtone gemeenschap broederlijk, hand in hand met de Belgen, de strijd aanbinden tegen de aannemer met z’n Poolse arbeiders. Vrouwen en kinderen die zich voor de betonmolen gooien, de jeugd die met stenen gooit naar de oproerpolitie. De oproerpolitie laat zich niet kennen, gebruikt het waterkanon, wat tot gevolg heeft dat de ondergrondse parking terug vol water staat. De politie trekt zich terug omdat de camera’s van de nieuwsdienst er bovenop zitten. Ze besluiten een onderhandelaar te laten komen. Twee onderhandelaars, zegt de commissaris. Een Vlaamse en een Arabische. De Arabische is momenteel op vakantie naar z’n villa in Casablanca. Vraag het dan aan de imam. ’t Is ramadan, die mag niet werken. Dan moeten we wachten tot zonsondergang, besluit de commissaris. ’t Zal weer een lange dag worden. Helikopters vliegen boven m’n straat, filmen iedereen die zich op straat vertoont. Scherpschutters vatten post op de omliggende daken, om op bevel iedereen neer te knallen met rubberen kogels. Van rubberen kogels ga je niet dood, maar ’t kan geweldig pijn doen, heb ik horen zeggen. Wat mij er doet aan denken dat ik een voorrad levensmiddelen en tabak moet aanleggen. Een belegering kan lang duren hé?
Ik denk dat de oproerpolitie de strijd zal verliezen. De allochtone gemeenschap zal gratis cannabis uitdelen. Als tweehonderd man op hetzelfde moment een jointje opsteken, dan liggen die scherpschutters op het dak te rollen van het lachen. Of ze moeten gasmaskers dragen, maar ’t is crisis en de gasmaskers dienen alleen om betogers uit elkaar te drijven, als ze traangas gebruiken. Dit is geen betoging, maar een regelrechte revolutie. Daar gelden andere regels voor…
Het belooft een warme nazomer te worden. Hopelijk toch. De realiteit zal m’n fantasie overtreffen. Anders blijft het bij een saaie bedoening, waar nauwelijks over te schrijven valt…
©GoNo
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage