Cursus “ Gedachtelezen “ 4
De klas zit te lachen. Zijn slimmer dan ik dacht. Kunnen toch nog lachen. Misschien is het ijs nu gebroken. Komen ze eindelijk tot de jaren van verstand. Waarom zouden ze alles klakkeloos moeten aanvaarden? Eindelijk eens een eigen mening hebben en er ook nog voor uitkomen. Bart en Wim kijken me aan alsof ik het achtste wereldwonder ben. Ongehoord. Nog nooit vertoond. In al die jaren dat ze cursus geven. Ik kan het zo van hun gezicht aflezen…
‘ Ik bedoel, zeg gewoon uw naam, zodat ik weet tegen wie ik spreek…”zegt Bart lichtjes geïrriteerd.
“ Dat bedoelde ik ook. Moest ik een Chinees zijn, had m’n naam “ Hoe “ kunnen zijn. Maar gezien ik een Franse vader en een Vlaamse moeder heb, is het Noël geworden. Maar dit geheel terzijde en totaal niet relevant..”
“ Wilt u alstublieft uw vraag stellen, meneer Noël?”
Bart wordt kwaad, teken van onmacht.
“ M’n vraag is de volgende. Waarom moeten wij vertellen over onze jeugd? Ik ben een gerechtskind, misschien weet u niet wat dat betekent, maar volgens de wet heeft u totaal geen zaken met wat er zich in m’n jeugd afgespeeld heeft. Er zijn hier misschien nog heren en dames die niet willen schrijven over hun jeugd. Ik zie niet in hoe dit mij zou kunnen helpen bij het vinden van een geschikte baan…”
Bart en Wim trekken zich terug, plegen overleg. Druk gesticulerend. Het dondert nog steeds in Keulen.
Bart kijkt op z’n uurwerk. De tijd staat niet stil. Spijtig genoeg, denk ik.
“ We nemen middagpauze. Jullie doen wat jullie willen, maar ik wil iedereen hier terugzien om 13:00 stipt. En wat uw vraag betreft, meneer Noêl, daar zal ik op ingaan na de middagpauze..”
Zo, dat weten we ook weeral. Een simpele vraag beantwoorden schijnt een werkgroep nodig te hebben. Maar ik laat het niet aan m’n hart komen. Ik heb al zoveel watertjes doorzwommen. ’t Geeft me de tijd om actie voor te bereiden. Iemand moet toch de kastanjes uit het vuur halen of niet soms?
“ Wat ga je doen?”hoor ik Brigitta vragen.
“ Ik ga naar buiten, waar de vogeltjes fluiten…”
“ Mag ik mee naar de vogeltjes?”
“ Ja, als je braaf bent en mij een kus geeft…”
Proberen gaat mee, denk ik altijd.
“ Je bent gek…”zegt ze.
“ Een oude gek…”mijmer ik.
“ Zo oud ben je nu ook weer niet…”
“ Ik ben oud en moe, heb geen zin meer in dit leven. Heb het gevoel dat ik alles al gezien en meegemaakt heb. Altijd maar strijden, voor wie of wat? Joost mag het weten…”
De klas kijkt helemaal anders tegen me aan. Beginnen zich vragen te stellen over het nut van heel die cursus. Ik voel dat ik de populaire jongen aan het worden ben. Da’s niet de bedoeling, kiekens. Luister naar uw eigen stem, potdorie. Laat jullie niets voorkauwen. Jullie hebben nog een heel leven, ’t mijne is al ver over de helft. Ik zeg het hen. Ze kijken me aan alsof ik hun bloedeigen vader ben. Alsof ik een goeroe ben die de wijsheid in pacht heeft.
“ Hier een beetje verder is een broodjeszaak. Ik ga een broodje eten. Ik wil hier weg uit dit hol. Tot straks bij leven en welzijn…”
Ik loop naar buiten, de zon tegemoet. Steek nonchalant een sigaretje op, de portier wijst me erop dat ik binnen niet mag roken. De pot op, denk ik…
©GoNo
‘ Ik bedoel, zeg gewoon uw naam, zodat ik weet tegen wie ik spreek…”zegt Bart lichtjes geïrriteerd.
“ Dat bedoelde ik ook. Moest ik een Chinees zijn, had m’n naam “ Hoe “ kunnen zijn. Maar gezien ik een Franse vader en een Vlaamse moeder heb, is het Noël geworden. Maar dit geheel terzijde en totaal niet relevant..”
“ Wilt u alstublieft uw vraag stellen, meneer Noël?”
Bart wordt kwaad, teken van onmacht.
“ M’n vraag is de volgende. Waarom moeten wij vertellen over onze jeugd? Ik ben een gerechtskind, misschien weet u niet wat dat betekent, maar volgens de wet heeft u totaal geen zaken met wat er zich in m’n jeugd afgespeeld heeft. Er zijn hier misschien nog heren en dames die niet willen schrijven over hun jeugd. Ik zie niet in hoe dit mij zou kunnen helpen bij het vinden van een geschikte baan…”
Bart en Wim trekken zich terug, plegen overleg. Druk gesticulerend. Het dondert nog steeds in Keulen.
Bart kijkt op z’n uurwerk. De tijd staat niet stil. Spijtig genoeg, denk ik.
“ We nemen middagpauze. Jullie doen wat jullie willen, maar ik wil iedereen hier terugzien om 13:00 stipt. En wat uw vraag betreft, meneer Noêl, daar zal ik op ingaan na de middagpauze..”
Zo, dat weten we ook weeral. Een simpele vraag beantwoorden schijnt een werkgroep nodig te hebben. Maar ik laat het niet aan m’n hart komen. Ik heb al zoveel watertjes doorzwommen. ’t Geeft me de tijd om actie voor te bereiden. Iemand moet toch de kastanjes uit het vuur halen of niet soms?
“ Wat ga je doen?”hoor ik Brigitta vragen.
“ Ik ga naar buiten, waar de vogeltjes fluiten…”
“ Mag ik mee naar de vogeltjes?”
“ Ja, als je braaf bent en mij een kus geeft…”
Proberen gaat mee, denk ik altijd.
“ Je bent gek…”zegt ze.
“ Een oude gek…”mijmer ik.
“ Zo oud ben je nu ook weer niet…”
“ Ik ben oud en moe, heb geen zin meer in dit leven. Heb het gevoel dat ik alles al gezien en meegemaakt heb. Altijd maar strijden, voor wie of wat? Joost mag het weten…”
De klas kijkt helemaal anders tegen me aan. Beginnen zich vragen te stellen over het nut van heel die cursus. Ik voel dat ik de populaire jongen aan het worden ben. Da’s niet de bedoeling, kiekens. Luister naar uw eigen stem, potdorie. Laat jullie niets voorkauwen. Jullie hebben nog een heel leven, ’t mijne is al ver over de helft. Ik zeg het hen. Ze kijken me aan alsof ik hun bloedeigen vader ben. Alsof ik een goeroe ben die de wijsheid in pacht heeft.
“ Hier een beetje verder is een broodjeszaak. Ik ga een broodje eten. Ik wil hier weg uit dit hol. Tot straks bij leven en welzijn…”
Ik loop naar buiten, de zon tegemoet. Steek nonchalant een sigaretje op, de portier wijst me erop dat ik binnen niet mag roken. De pot op, denk ik…
©GoNo
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage