Cursus “ Gedachtelezen “ 2
De coach haat mij, ik zie het in z’n ogen. Misschien lijk ik wel op z’n vader, wie zal het zeggen hé? Maar gezien ik gezegend ben met een alles overheersende liefde voor m’n soortgenoten, doet het me niks. Ik neem me voor om hem, in de mate van het mogelijke, links of eventueel rechts te laten liggen. Of het zal lukken, is een ander paar mouwen. Ik ben nu eenmaal een type die graag in de clinch gaat, zeker met omhooggevallen broekventjes die nog naast de pot pissen...
De andere leerlingen, hoe moet ik ze anders heten, trekken nu al de kaart van de coach. Volwassenen die zich gedragen alsof ze terug een kind van tien jaar zijn. Meehuilers met de wolven in het bos. De herder en z’n kudde. Loof en prijs de Heer. Met zulke mensen kan men direct een oorlog beginnen. Het dreigement van de uitkering in te trekken, begint nu al vruchten af te werpen. Het doet mij steigeren, m’n voornemen om de coach links te laten liggen, verdwijnt als sneeuw in de zon. Ach, ’t is nog maar de eerste dag, binnen een paar dagen praten ze anders. Hoop ik stiekem.
Brigitta trekt aan m’n mouw. Voor de tweede keer. Er begint al sleet op die mouw te komen.
“ Kom, laten we wat verderop gaan staan. ’t Is niet nodig om van de eerste dag al ruzie te maken…”
“ Maar ik maak toch geen ruzie? ’t Is dat stuk onbenul die mij staat uit te dagen. Ik zie de liefde in z’’n ogen, spijtig dat ik lesbisch ben…”grap ik.
“ Toe, laten we wegwezen. ’t Wordt alleen maar erger. Die man moet zich nu eenmaal laten gelden. Is waarschijnlijk bang dat hij z’n klas niet in toom zal kunnen houden…”
“ Zijn jullie over mij bezig?vraagt de coach.
“ Nee, over een andere ezel. Maar als ik vragen mag, als ik het niet mag vragen, vraag ik het toch, hoe heet jij feitelijk?”
“ Moest je in de klas gebleven zijn, had je het geweten…”
“ Denk je dat het zo moeilijk is uit te vissen hoe je heet? Is het niet een beetje kinderachtig om mij zo een antwoord te geven?”vraag ik geringschattend.
“ ’t Is nog veel kinderachtiger om de les te verlaten, wetende dat er binnen het kwartier een pauze voorzien was…”
Dit wordt een eindeloze discussie, denk ik. Brigitta heeft gelijk. Wegwezen is de boodschap. Intussen is het kwartier pauze, ongemerkt, opgelopen tot meer dan een halfuur. Ze zouden me dankbaar moeten zijn…
Ik laat de coach voor wat hij is. Z’n naam kom ik wel te weten. Ik ga de bloembakken bestuderen. Brigitta volgt mij, we denken allebei hetzelfde. ’t Gaat hier verdomd nog boeiend worden. De meute, onder leiding van de coach, maakt aanstalten om naar binnen te gaan. Wij volgen op afstand. Slenterend. De dag is nog lang. Ik vraag aan Brigitta wat er nu zal volgen. Zal ik in de hoek moeten staan met ezelsoren op? Zotteke, antwoordt ze. Je zal vijfhonderd keer moeten schrijven: “ Ik moet leren luisteren naar de coach…”
Op de tafels, die nu in een vierkant opgesteld staan, liggen voorgedrukte formulieren. Met als titel:- Mijn Levensloop van Vroeger tot op Heden.
Wat heeft dit te betekenen, vraag ik me af…
©GoNo
De andere leerlingen, hoe moet ik ze anders heten, trekken nu al de kaart van de coach. Volwassenen die zich gedragen alsof ze terug een kind van tien jaar zijn. Meehuilers met de wolven in het bos. De herder en z’n kudde. Loof en prijs de Heer. Met zulke mensen kan men direct een oorlog beginnen. Het dreigement van de uitkering in te trekken, begint nu al vruchten af te werpen. Het doet mij steigeren, m’n voornemen om de coach links te laten liggen, verdwijnt als sneeuw in de zon. Ach, ’t is nog maar de eerste dag, binnen een paar dagen praten ze anders. Hoop ik stiekem.
Brigitta trekt aan m’n mouw. Voor de tweede keer. Er begint al sleet op die mouw te komen.
“ Kom, laten we wat verderop gaan staan. ’t Is niet nodig om van de eerste dag al ruzie te maken…”
“ Maar ik maak toch geen ruzie? ’t Is dat stuk onbenul die mij staat uit te dagen. Ik zie de liefde in z’’n ogen, spijtig dat ik lesbisch ben…”grap ik.
“ Toe, laten we wegwezen. ’t Wordt alleen maar erger. Die man moet zich nu eenmaal laten gelden. Is waarschijnlijk bang dat hij z’n klas niet in toom zal kunnen houden…”
“ Zijn jullie over mij bezig?vraagt de coach.
“ Nee, over een andere ezel. Maar als ik vragen mag, als ik het niet mag vragen, vraag ik het toch, hoe heet jij feitelijk?”
“ Moest je in de klas gebleven zijn, had je het geweten…”
“ Denk je dat het zo moeilijk is uit te vissen hoe je heet? Is het niet een beetje kinderachtig om mij zo een antwoord te geven?”vraag ik geringschattend.
“ ’t Is nog veel kinderachtiger om de les te verlaten, wetende dat er binnen het kwartier een pauze voorzien was…”
Dit wordt een eindeloze discussie, denk ik. Brigitta heeft gelijk. Wegwezen is de boodschap. Intussen is het kwartier pauze, ongemerkt, opgelopen tot meer dan een halfuur. Ze zouden me dankbaar moeten zijn…
Ik laat de coach voor wat hij is. Z’n naam kom ik wel te weten. Ik ga de bloembakken bestuderen. Brigitta volgt mij, we denken allebei hetzelfde. ’t Gaat hier verdomd nog boeiend worden. De meute, onder leiding van de coach, maakt aanstalten om naar binnen te gaan. Wij volgen op afstand. Slenterend. De dag is nog lang. Ik vraag aan Brigitta wat er nu zal volgen. Zal ik in de hoek moeten staan met ezelsoren op? Zotteke, antwoordt ze. Je zal vijfhonderd keer moeten schrijven: “ Ik moet leren luisteren naar de coach…”
Op de tafels, die nu in een vierkant opgesteld staan, liggen voorgedrukte formulieren. Met als titel:- Mijn Levensloop van Vroeger tot op Heden.
Wat heeft dit te betekenen, vraag ik me af…
©GoNo
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage