Spaceshuttle Discovery II
Ik doe m'n ogen open, maar het felle licht van de zon noopt mij ze terug dicht te doen. Menslief, wat heb ik een hoofdpijn, ik voel de aderen bonzen in m'n hoofd. Het lijkt wel of ze met een drilboor de binnenkant van m'n schedel aan het afschrapen zijn. Een geluk dat ik een zonnebril bij de hand heb. Zo, dat helpt een beetje.
Ik kijk rondom mij, ben blij dat ik eindelijk geland ben. Die reis van acht maanden heeft lang genoeg geduurd. Een kleine botsing met een meteoriet ter grootte van een paasei, heeft me compleet uit de richting en koers geslagen. Ik zit niet op Mars maar op een onbekende planeet, die ik als ontdekker maar de naam GoNo 1 zal geven. Als het kind maar een naam heeft, zeg ik altijd. M'n missie bestaat erin om leven te zoeken of het nu op Mars is of hier, dat blijft voor mij hetzelfde. Opdracht is opdracht. Ik ben plichtgetrouw en zal mij tot het uiterste inzetten om m'n opdracht te doen slagen. 't Is niet voor niets dat ik de beste van de lichting 2051 was hé? Maar laten we eerst iets doen aan die vreselijke hoofdpijn. Waar hangt die verdomde verbandtrommel? Hoogstaande technologie, maar een pilletje tegen koppijn niet te vinden. Da's straf!
M'n computergestuurde voelantennes zeggen dat er zuurstof in de lucht zit, hetzelfde percentage als in de bergstreken op aarde. Dat valt mee, daar kan ik mee leven. Letterlijk en figuurlijk. Waar er zuurstof is, zal er ook wel water zijn. Ik hou voorlopig m'n ruimtepak nog aan, eerst de kat uit de boom kijken zei m'n grootje altijd. Bomen staan er hier niet, struiken wel. Ze lijken een beetje op aardse struiken. Zou God hier eerst de blauwdruk van z'n Schepping uitgeprobeerd hebben?
Water zie ik hier niet, toch niet bovengronds. Maar de grond toont alle kenmerken van dat er hier ooit water was. De rode kleur van roest. Ik loop rond m'n Shuttle, die opgesmukt is met de vlag van de Nieuwe Wereldorde. Een regenboog met vijf duiven in de Olympische kleuren. De oorlogen liggen ver achter ons, na het debacle van die fameuze nucleaire oorlog in het vroeger Midden- Oosten. Niemand die nog weet waarover het ging. Er worden geen geschiedenislessen meer gegeven, we zijn met een nieuwe lei begonnen. Het verleden heeft nooit bestaan en de toekomst moet nog komen. Er zijn geen groten der aarde meer, alles wordt bestuurd via computers. Robocops bestaan nu echt en daar kunt ge niet mee in discussie gaan. Die stellen alleen maar vast of uw overtreding een gevaar voor de maatschappij inhoudt of niet. Indien wel, wordt ge onmiddellijk neergelegd met een stroomstoot van pakweg 5000 volt. Iedereen zit in hun databank, iedereen die geboren wordt is een potentiële misdadiger. Moordenaars, verkrachters, religieuze fanatici krijgen geen tweede kans. Die worden ter plaatse geëxecuteerd, zonder pardon. De wereld is er een stuk veiliger op geworden, zo beweert men althans. Ik heb er m'n bedenkingen bij, maar ik doe er het stilzwijgen toe. Hier ben ik alleen en mag ik doen wat ik wil, zo lang die halve bionische mens, die ze me meegegeven hebben als hulpje, mij maar gerust laat en m'n werk laat doen. Waarschijnlijk zullen ze me via hem wel controleren. Waarom hebben ze geen robotvrouw meegegeven? Was toch veel leuker geweest om de avonduren in dit door God verlaten oord door te brengen. 't Valt nog mee, de zwaartekracht is hetzelfde als op de Nieuwe Wereld. Nog een beetje en ik voel me hier thuis. M'n robotmens is schijnbaar ook wakker geworden. Te horen aan z'n lach, is hij ook blij om z'n benen te kunnen strekken; 't Is een brave, en beleefd opgevoed. Ik vraag me af of hij gevoelens heeft. Ik heb al een hele tijd goesting om hem eens een ferme trap tegen z'n kont te geven. Maar hij is gewapend en een moordmachine als het er op aan komt. Ze zeggen wel dat hij mij niet kan aanvallen, maar stel dat hij tilt slaat, dan ben ik met m'n patatjes nog niet thuis hé?
Ik werk m'n inspectieronde verder af, al bij al vallen de beschadigingen nog mee. Een klusje voor m'n hulpje, die dat zonder morren zal doen, daarvoor is hij gemaakt. Zou ik het wagen om m'n ruimtepak uit te trekken? Ik twijfel, maar bij nader beschouwing kan ik maar één keer dood neervallen en m'n robotmens weet wat hem te doen staat in zo'n geval. Maar ik neem het zekere voor het onzekere en begin de apparatuur om metingen te doen op te stellen. Eerst testen en dan zien we wel. De temperatuur bedraagt 48°, daar kan ik mee leven. Dodelijk is het nog niet. Zouden die van het Spacecenter er aan gedacht hebben om zonnebrandolie mee te geven? Of gaan ze ervan uit dat ik op Mars dat niet nodig zal hebben? Maar ik heb m'n sportzak mee binnengesmokkeld en daar zitten alle dingen in waar ik aan gehecht ben, ook een klein kruisje. 'k Weet het, 't is ten strengste verboden, maar 't is een erfenisstuk. Ik kon er geen afstand van doen en moest ik God hier tegenkomen, dan kan ik Hem toch laten zien dat ik een symbool van z'n goddelijke Zoon bij heb.
©GoNo
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage