Tien Geboden..........
Tien Geboden…….
Mozes had z’n volk door de woestijn en naar het Beloofde Land geleid. Aan de voet van de berg, waarvan ik de naam vergeten ben, maar ’t zal zeker de Kemmelberg of de Pottelberg niet geweest zijn. De Ronde van Vlaanderen was er nog niet en de Ronde van Qatar ook nog niet.
Mozes liet z’n eerste adjudant effekes de baas spelen over het uitverkoren volk.
Hij had andere problemen aan z’n hoofd en moest dringend z’n darmen lossen.
Dus beklom Mozes de berg, om zeker niet gestoord te worden, bij het uitoefenen van deze, voor hem, toch wel gewichtige taak. Hij had al jaren last van diaree. En naarmate hij ouder werd, des te meer last dat hij er van had. ’t Was dringend en hij liep zo vlug hij kon de berg op. Zo halverwege vondt hij de geschikte plaats achter een struikske.
Hij hurkte neer en perste er alles uit. Holy Mozes, dacht hij, wat kan dat toch deugd doen.
De hemel brak open en een diepe stem zei:
“ Sjonge, sjonge, wat een stank!”
Mozes keek eens rond en dacht dat hij droomde. Had hij nu een stem gehoord of niet?
Hij was zo geconcentreerd bezig met z’n persing, dat hij twijfelde.
“ Ge moet niet twijfelen, Mozes jong, ‘k ben de Heer die tot u spreekt……”
“ Zeg Mozes, beste vriend, was dat nu nodig om hier op mijnen berg te komen kakken?”
“Akkoord, ’t is puur natuur, maar toch, er zijn grenzen hé?”
Mozes, totaal verbouwereerd, wist met zichzelve gene blijf, gezien de positie waarin hij verkeerde. ’t Moet weer lukken, die komt ook altijd op de meest ongelegen ogenblikken, dacht hij.
“ Zeg mijn Here God, kunt Gij nikske doen aan m’n diaree? Da’s nu al jaren dat ik zo loop hé?”
“ Da’s maar een woord hé, beste uitverkorene, ‘k zal dat eens rap oplossen zie!”
Een donderslag, een bliksemflits en uit de hemel viel een grote doos, gevolgd door een kleintje. Mozes zo curieus als z’n grootmoeder, deed de grote doos open en tot z’n verbazing zat ze vol met pampers tot 65 kg. In het tweede doosje zaten stripjes met Immodium.
“ Ge moogt dat aan niemand zeggen hé, want dat moet nog uitgevonden worden, maar in al m’n goedertierentheid en om je te helpen, krijgt ge dat nu al. Wat ben ik toch goed hé?” sprak de Here God.
“ En terwijl ge hier toch zijt, kunt ge ineens die twee stenen tabletten van 50kg ’t stuk, meenemen…….”
“Wat moet ik daar mee aanvangen,” vroeg Mozes.
“ Dat zijn m’n wetten, de wetten van uw Heer.’k Moet alleen nog een naam bedenken voor de bijbelse geschiedschrijving. Allé, helpt ne keer, ‘k heb u ook geholpen!”
“ Euh, ……..de Tien Geboden ?”
“ Klinkt goed, klinkt goed, ja de Tien Geboden !”
En bij z’n eigen dacht Hij : “ Hoedat ik er zelf niet opgekomen ben, hoe is ’t mogelijk, hoe is ’t mogelijk?”
©GoNo
Mozes had z’n volk door de woestijn en naar het Beloofde Land geleid. Aan de voet van de berg, waarvan ik de naam vergeten ben, maar ’t zal zeker de Kemmelberg of de Pottelberg niet geweest zijn. De Ronde van Vlaanderen was er nog niet en de Ronde van Qatar ook nog niet.
Mozes liet z’n eerste adjudant effekes de baas spelen over het uitverkoren volk.
Hij had andere problemen aan z’n hoofd en moest dringend z’n darmen lossen.
Dus beklom Mozes de berg, om zeker niet gestoord te worden, bij het uitoefenen van deze, voor hem, toch wel gewichtige taak. Hij had al jaren last van diaree. En naarmate hij ouder werd, des te meer last dat hij er van had. ’t Was dringend en hij liep zo vlug hij kon de berg op. Zo halverwege vondt hij de geschikte plaats achter een struikske.
Hij hurkte neer en perste er alles uit. Holy Mozes, dacht hij, wat kan dat toch deugd doen.
De hemel brak open en een diepe stem zei:
“ Sjonge, sjonge, wat een stank!”
Mozes keek eens rond en dacht dat hij droomde. Had hij nu een stem gehoord of niet?
Hij was zo geconcentreerd bezig met z’n persing, dat hij twijfelde.
“ Ge moet niet twijfelen, Mozes jong, ‘k ben de Heer die tot u spreekt……”
“ Zeg Mozes, beste vriend, was dat nu nodig om hier op mijnen berg te komen kakken?”
“Akkoord, ’t is puur natuur, maar toch, er zijn grenzen hé?”
Mozes, totaal verbouwereerd, wist met zichzelve gene blijf, gezien de positie waarin hij verkeerde. ’t Moet weer lukken, die komt ook altijd op de meest ongelegen ogenblikken, dacht hij.
“ Zeg mijn Here God, kunt Gij nikske doen aan m’n diaree? Da’s nu al jaren dat ik zo loop hé?”
“ Da’s maar een woord hé, beste uitverkorene, ‘k zal dat eens rap oplossen zie!”
Een donderslag, een bliksemflits en uit de hemel viel een grote doos, gevolgd door een kleintje. Mozes zo curieus als z’n grootmoeder, deed de grote doos open en tot z’n verbazing zat ze vol met pampers tot 65 kg. In het tweede doosje zaten stripjes met Immodium.
“ Ge moogt dat aan niemand zeggen hé, want dat moet nog uitgevonden worden, maar in al m’n goedertierentheid en om je te helpen, krijgt ge dat nu al. Wat ben ik toch goed hé?” sprak de Here God.
“ En terwijl ge hier toch zijt, kunt ge ineens die twee stenen tabletten van 50kg ’t stuk, meenemen…….”
“Wat moet ik daar mee aanvangen,” vroeg Mozes.
“ Dat zijn m’n wetten, de wetten van uw Heer.’k Moet alleen nog een naam bedenken voor de bijbelse geschiedschrijving. Allé, helpt ne keer, ‘k heb u ook geholpen!”
“ Euh, ……..de Tien Geboden ?”
“ Klinkt goed, klinkt goed, ja de Tien Geboden !”
En bij z’n eigen dacht Hij : “ Hoedat ik er zelf niet opgekomen ben, hoe is ’t mogelijk, hoe is ’t mogelijk?”
©GoNo
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage