Memoires van een boer.......
Oorlogsnaweeën....
Memoires van boer Janssens.
Deel 1.
“ En, boer Janssens, hoe was het in de stad ?”
“ Sjonge man, da's geleden van den tijd dat den Duits hier nog zat, dat 'k nog in Antwerpen geweest ben, toen moest ik gaan uitleggen waar al m'n koeien gebleven waren. Op de Kommandatur konden ze er niet mee lachen, 'k hem ze toen in ruil wat varkens aangeboden. En die Duitse sweinehunden kenden wel iets van varkens, moet ik zeggen.....”
“ En hoe vondt ge 't stad ?”
“ Gemakkelijk, eerst den bus en dan den trein hé ?”
“ Ik bedoel, is er veel veranderd sedert de 2de wereldoorlog ?”
“ Vaneigens, de Duitsers zijn allemaal weg, in hun plaats zit het er vol met Marrokanen, Turken, negers en van dat ander schoon volk......”
“ Boer Janssens, ge moet oppassen wat ge zegt, straks zeggen ze nog dat ge een racist zijt.......”
“ Een watte ?”
“ Ge moogt niet tegen de multiculturele samenleving zijn, da's politiek niet correct en een weldenkend mens, die een beetje democratisch ingesteld is, omarmt alle culturen.....”
“ Zeg vriendeke, spreek ne keer vlaams, 'k begrijp uwen discours van geen kanten......”
“ Laat maar boer Janssens, maar vertel me een keer wat ge allemaal veranderd vindt ?”
“ De cinema's, al de cinema's zijn bijna verdwenen, nu is er nog ene, maar da's er ene met verschillende zalen. Niets voor mij, veel te modern. En al die caféékes, mosselhuizen en café-dansants met een orgel Decap zijn er ook niet meer. Ik ging binnen in de kathedraal en 't liep er vol van die kleine Japannerkes met van die kleine fotocameraatjes. Ik moest gelijk op de foto en na wel duizend foto's kreeg ik er genoeg van. Toen vloekte ik eens goed en dat in de kathedraal, maar 't hielp, ze verdwenen alsof er een atoombom op hunne kop viel.....Aan de Grote Markt werd ik lastig gevallen door een paar van die bruine snotapen, die mij een zakske gras wilden verkopen. 'k Heb gevraagd of ze mijne hof wilden afgrazen, dat spaart mij een schaap uit en dan hebben ze gras genoeg om te verkopen. Ze begonnen me uit te schelden van racist en dat mijn moeder een hoer was en ik een hoerenzoon. 'k Vraag mij af van wie ze dat weten, Alleen den Jef weet dat, maar die is al meer dan 60 jaar ondergedoken in Duitsland nadat ze hem herkend hadden als kampbewaker in Breendonck.
't Enige dat ik weet en dat heeft ons ma zelf verteld, is dat mijne pa een sergeant bij het Amerikaanse leger was. Ons ma kende hem al van den tijd dat hij gelegerd was in 't Engels kamp, dat moet zo rond de jaren 20 geweest zijn. Hij moest toelating krijgen van zijne commandant om te trouwen en tegen dat hij die toelating gekregen had, was ik al 19 jaar en was den Blitzkrieg al begonnen.Volgens ons ma zou hij gesneuveld zijn, ergens in de Ardennen, toen hij een platten band kreeg en er toevallig een Pantzer over hem en z'n jeep reed. Meer weet ik ook niet. Daarna is ze getrouwd met een boer. Vandaar dat ik ook boer geworden ben......”
“ Amai, boer Janssens, wat een verhaal, 't is bijna een film......”
“ Ja, en ge kunt u niet voorstellen wat ik allemaal meegemaakt heb na de oorlog, al goed dat we een boerderij hadden, want anders waren ons ma en ik omgekomen van den honger.......Zoals den Tist van Rosse Louis, die in de winter zat te vissen op 't dichtgevroren 't Scheld en plots door 't ijs zakte, juist toen hij een grote vis aan de haak had.....”
Wordt vervolgd
©GoNo
Memoires van boer Janssens.
Deel 1.
“ En, boer Janssens, hoe was het in de stad ?”
“ Sjonge man, da's geleden van den tijd dat den Duits hier nog zat, dat 'k nog in Antwerpen geweest ben, toen moest ik gaan uitleggen waar al m'n koeien gebleven waren. Op de Kommandatur konden ze er niet mee lachen, 'k hem ze toen in ruil wat varkens aangeboden. En die Duitse sweinehunden kenden wel iets van varkens, moet ik zeggen.....”
“ En hoe vondt ge 't stad ?”
“ Gemakkelijk, eerst den bus en dan den trein hé ?”
“ Ik bedoel, is er veel veranderd sedert de 2de wereldoorlog ?”
“ Vaneigens, de Duitsers zijn allemaal weg, in hun plaats zit het er vol met Marrokanen, Turken, negers en van dat ander schoon volk......”
“ Boer Janssens, ge moet oppassen wat ge zegt, straks zeggen ze nog dat ge een racist zijt.......”
“ Een watte ?”
“ Ge moogt niet tegen de multiculturele samenleving zijn, da's politiek niet correct en een weldenkend mens, die een beetje democratisch ingesteld is, omarmt alle culturen.....”
“ Zeg vriendeke, spreek ne keer vlaams, 'k begrijp uwen discours van geen kanten......”
“ Laat maar boer Janssens, maar vertel me een keer wat ge allemaal veranderd vindt ?”
“ De cinema's, al de cinema's zijn bijna verdwenen, nu is er nog ene, maar da's er ene met verschillende zalen. Niets voor mij, veel te modern. En al die caféékes, mosselhuizen en café-dansants met een orgel Decap zijn er ook niet meer. Ik ging binnen in de kathedraal en 't liep er vol van die kleine Japannerkes met van die kleine fotocameraatjes. Ik moest gelijk op de foto en na wel duizend foto's kreeg ik er genoeg van. Toen vloekte ik eens goed en dat in de kathedraal, maar 't hielp, ze verdwenen alsof er een atoombom op hunne kop viel.....Aan de Grote Markt werd ik lastig gevallen door een paar van die bruine snotapen, die mij een zakske gras wilden verkopen. 'k Heb gevraagd of ze mijne hof wilden afgrazen, dat spaart mij een schaap uit en dan hebben ze gras genoeg om te verkopen. Ze begonnen me uit te schelden van racist en dat mijn moeder een hoer was en ik een hoerenzoon. 'k Vraag mij af van wie ze dat weten, Alleen den Jef weet dat, maar die is al meer dan 60 jaar ondergedoken in Duitsland nadat ze hem herkend hadden als kampbewaker in Breendonck.
't Enige dat ik weet en dat heeft ons ma zelf verteld, is dat mijne pa een sergeant bij het Amerikaanse leger was. Ons ma kende hem al van den tijd dat hij gelegerd was in 't Engels kamp, dat moet zo rond de jaren 20 geweest zijn. Hij moest toelating krijgen van zijne commandant om te trouwen en tegen dat hij die toelating gekregen had, was ik al 19 jaar en was den Blitzkrieg al begonnen.Volgens ons ma zou hij gesneuveld zijn, ergens in de Ardennen, toen hij een platten band kreeg en er toevallig een Pantzer over hem en z'n jeep reed. Meer weet ik ook niet. Daarna is ze getrouwd met een boer. Vandaar dat ik ook boer geworden ben......”
“ Amai, boer Janssens, wat een verhaal, 't is bijna een film......”
“ Ja, en ge kunt u niet voorstellen wat ik allemaal meegemaakt heb na de oorlog, al goed dat we een boerderij hadden, want anders waren ons ma en ik omgekomen van den honger.......Zoals den Tist van Rosse Louis, die in de winter zat te vissen op 't dichtgevroren 't Scheld en plots door 't ijs zakte, juist toen hij een grote vis aan de haak had.....”
Wordt vervolgd
©GoNo
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage