Vaderlandschen Geschiedenis......

“ Zo, kinderen, vandaag gaan we het hebben over een beetje Vaderlandse Geschiedenis......”
“ Kan er mij iemand zeggen hoe lang België al bestaat ?”
“ Jantje, zeg het maar......”
“ Euh, 20 jaar ?”
“ Bijna juist, Jantje, maar 't is ietske langer hé ?”
“ Ik weet het, meester, ik weet het........”
“ Zozo, onzen Witten weet ook iets, 't zou me verbazen.......”
“ België bestaat van in de tijd van de Romeinen, toen sprak men van Belgica......”
“ Dat bedoel ik niet , Witte, ik bedoel wanneer België onafhankelijk geworden is en zich afscheurde van de Nederlanden......”
“ Zeg dat dan hé, meester.....”
“ Bon, zoek het maar op thuis en weet het me te zeggen tegen morgen......”
“ Volgende vraag : wie was de eerste koning van België ?”
“ Gij daar, Jefke, als ge gedaan hebt met uw meubeltjes te verplaatsen in uw neus, kunt ge me misschien het antwoord geven ?”
“ Euh, de eerste koning ?”
“ Ja, de eerste Jefke.....”
“ 'k Peinze dat het Clovis is, die van de Karolingers, die getrouwd was met Clothilde.....”
“ Wablief ?”
“ Zoek het maar op in uw boekske van de Vaderlandsche Geschiedenis en weet het me te zeggen tegen morgen.....”
“ Wie was Julius Caesar ?”
“ Amedée, trek uw rolluiken naar boven en antwoord op m'n vraag....”
“ César is de zoon van den brouwer, die bij ons in 't café bier komt leveren, Julius zal wel zijne echte naam zijn, maar wij noemen hem César. Of is dat diene acteur uit Slisse en César ?”
“ Amedée, moest uwen papa onzen voetbalclub niet sponsoren, ik gooide u met uw klieken en klakken buiten.....”
“ Flupke, hoeveel stammen leefden er in Oud-België ?”
“ Meester, ik ken alleen maar de boomstammen waar onzen Blackie tegen zeikt, pardon, zijne poot opheft.......”

Meester Frans gaat op zijne stoel zitten, zoveel debielen op een paar vierkante meter, heeft hij nog nooit meegemaakt. En dat noemen ze het vijfde leerjaar. Hij heeft nog 3 maanden tijd om het erin te stampen, want dan komt de inspecteur. We schrijven en zeggen anno 1965 in de lagere school van Zeebrugge.
“ Iedereen rechtstaan en goeiendag zeggen tegen meneer den Inspecteur....”
“ Wie was de eerste koning van België ?”
“ Euh, Mercator, Filips den Schone of was het Pepijn de Korte, meneer ?”
“ Wittekop, maak dat ge buiten zijt en ge moogt er zeker van zijn dat ik u persoonlijk bijlessen zal geven.......”
“ Dank u, meester en nog een goeiendag meneer den inspecteur......”
In het voorbijgaan fluisterde ik zachtjes: “ 't Was Leopold den Eerste hé ?”

Een bordenwisser vloog rakelings langs m'n hoofd en kwam tegen de buste van onze eerste koning terecht. Majesteitsschennis, daar staan straffen op. En ja, diene Wittekop was GoNo.......
Tussen haakjes () wie heeft er nu feitelijk in 57 v.Christus gewonnen: onzen Boduognat of den Juul César .....?

©GoNo